Van der Garde: "Red Bull gaat daar vrij weinig van merken"

De straf voor Red Bull voor het overschrijden van de de budgetlimiet is reeds ingegaan. Vanaf het moment dat de straf werd uitgesproken - minder windtunneluren en minder aerodynamische simulaties - is die straf immers voor de duur van twaalf maanden ingegaan. Met beide titels in 2022 reeds op zak zal het team van Max Verstappen en Sergio Perez daar dit jaar geen hinder meer van ondervinden, maar hoe zit dat volgend jaar? Red Bull laat optekenen dat de straf 'draconisch' is en dat men tot een halve seconde per ronde zou kunnen verliezen. Rivaliserende teams pareren dat door te stellen dat de straf alsnog te laag is of, zoals in het geval van Mercedes, door te stellen dat Horner overdrijft. Technisch directeur Andrew Shovlin schat het tijdverlies één tiende, hooguit twee tienden per ronde. Giedo van der Garde, voormalig F1-coureur en huidig Viaplay-expert, schaart zich bij de groep mensen die de zwaarte van de straf nuanceert: "Ik vind het allemaal wel meevallen, Red Bull gaat daar vrij weinig van merken", klinkt het stellig.

De basis is al gelegd

Dat komt volgens de analist vooral door het feit dat het team van Verstappen momenteel al een ijzersterke auto heeft. Daardoor zal de schade volgend jaar te overzien zijn, zo klinkt het oordeel van Van der Garde. "Het is natuurlijk een straf en je kan het verhaal van twee kanten bekijken, maar ik vind het dus allemaal wel meevallen", aldus Van der Garde in gesprek met RacingNews365 . "Je mist eigenlijk maar 7% aan windtunneltijd en aan simulaties (Red Bull moest 10% van de toegekende 70% inleveren, red.)." "Iedereen in de Formule 1 zal zeggen dat 7% belachelijk veel is, maar aan de andere kant is de basis met de huidige auto na goed te hebben doorontwikkeld al zo sterk dat dat niet zoveel uit gaat maken. De basis is zó goed dat ze dat volgend jaar niet heel erg gaan voelen." "Natuurlijk zullen ze hier en der misschien iets aan moeten passen voor volgend jaar, maar dat zijn dan alsnog geen hele grote aanpassingen", zo besluit de langeafstandscoureur.