Martin Donnelly staat niet in de geschiedenisboeken van de Formule 1 als één van de meest succesvolle coureurs ooit. Hij is veel bekender om zijn huiveringwekkende crash in de kwalificatie voor de Grand Prix van Spanje in 1990. Wie naar de plaatjes van het moment direct na de crash kijkt, kan enkel vermoeden dat hij de klap niet heeft overleefd. Hij ligt op het asfalt, nog volledig vastgesnoerd aan het stoeltje, nadat zijn Lotus bij de impact met de vangrail in tweeën is gespat. Bewegingsloos ligt Donnelly op het asfalt en is het wachten tot de dokters arriveren. Ze treffen Donnelly levend aan, waarna hij naar het ziekenhuis vervoerd wordt. De lijst met blessures in indrukwekkend. Hij kampte met gebroken benen, gekneusde longen, hersenletsel en hij verloor veel bloed. Bovenop zijn herstel van zijn longen kreeg hij in het ziekenhuis te maken met nierfalen, waardoor hij tijdenlang gedialyseerd moest worden. Hij herstelde, maar zijn kwetsuur aan zijn benen maakte dat hij nooit meer met Formule-auto's zou racen. Vandaag de dag zien we hem met enige regelmaat op de F1-circuits als driver steward. Dagelijks nog kampt hij met de gevolgen van de crash, zij het op een opmerkelijke manier. In gesprek met Motosport-Total vertelde hij enkele jaren geleden over de nasleep van zijn crash. "Als jongeman droomde ik voor mijn crash regelmatig en had ik déjà vu's, maar sindsdien heb ik niet meer gedroomd. Ik ga naar bed, ga slapen en wordt vervolgens weer wakker, zonder ook maar een enkele droom te hebben gehad." "Ik weet alleen nog dat ik in de aanloop naar de Grand Prix ben gaan bowlen. Of dat al in Jerez was of nog in Estoril, geen idee. Je zou zeggen dat je je zulke dingen wel herinnert, omdat ze een enorme impact hebben op je leven. Maar het tegendeel is waar. Ik herinner me er niets van."
Meest gelezen