De grootste paydrivers uit de Formule 1: Alex Yoong, kapitalist uit Kuala Lumpur

Eén titel kunnen ze Alexander Yoong (Kuala Lumpur, 20-7-1976) niet meer afnemen: die van de eerste Maleisische Formule 1-coureur in de 70-jarige historie van de sport. Verder dan de functie van rode lantaarndrager komt Yoong nooit. Minardi-baas Paul Stoddart schenkt Yoong op 16 september 2001 zijn Grand Prix-debuut. Het zijn vooral de miljoenen van de Maleisische regering en velgenfabrikant Magnum die Stoddart er toe brengen Yoong in de tweede Minardi te zetten. Wie Yoong daarop aanspreekt krijgt een venijnige reactie: "Ik ben ook gekozen om mijn talent!’’ Dat komt dan in ieder geval niet tot uiting in de prestaties op de circuits. In de Formule 3 en in de Formule Nippon is Yoong geen hoogvlieger, en bij Minardi laat hij hoegenaamd niets zien. De laatste races van 2001 is hij stelselmatig langzamer dan Fernando Alonso, het jaar erop is hij geen partij voor Mark Webber. Sterker nog: Yoong is zo langzaam, dat hij liefst drie keer struikelt over de zogenoemde 107 procentregel. Om de Maleisiër enigszins te ontzien mag hij twee Grands Prix aan de kant toekijken, om vervolgens de laatste drie races (Italië, Amerika en Japan) weer te worden ‘losgelaten’. "Het gaat nu veel beter", beweert de Maleisiër als hij inderdaad in de buurt weet te blijven van de tijden van Webber. Het zijn desalniettemin zijn laatste wapenfeiten in de Formule 1. In 2003 rijdt hij enkele races in het CART-kampioenschap en daarna duikt hij nog op in het landenkampioenschap A1 Grand Prix voor Team Malaysia.