Haas kende vorig jaar een teleurstellend 2021. De Amerikaanse renstal gaf voorgaand aan het Formule 1-seizoen al aan de auto niet door te zullen ontwikkelen en alle ogen te richten op de de nieuwe reglementen van dit jaar. Daarnaast besloot het team om te kiezen voor twee rookies, Mick Schumacher en Nikita Mazepin. Beide coureurs wisten dan ook geen potten te breken met bolide van vorig jaar, maar toch heeft teambaas Guenther Steiner goede hoop voor het aankomende F1-seizoen. "Alle teams zitten nu dichter bij elkaar", zegt de Italiaan in een exclusief interview met RacingNews365 . "De budget cap werkt niet alleen voor ons, het werkt voor iedereen. Je moet echt goed werk leveren om vooraan te staan", aldus Steiner die wel een extra voordeel ziet voor zijn team. "Wij hebben altijd met een klein budget gewerkt, dus voor ons is het niets nieuws. Dit is wat wij vanaf het begin deden. Trouwens, in het begin hadden we nog minder budget."
Haas kan minder geld uitgeven
Ook in 2022 zal Haas met minder budget moeten opereren dan andere teams. Het budget plafond schrijft voor dat teams niet meer dan 140 miljoen euro uit mogen geven, maar Haas heeft minder miljoenen te besteden. Steiner vertelt wat daar de reden van is. "Ons budget plafond is lager omdat wij sommige onderdelen kopen zoals de ophanging bijvoorbeeld. Wij hoeven dat niet te ontwerpen en te ontwikkelen en hebben daar geen apparatuur voor nodig. Dat wordt dan berekend in ons budget plafond", legt Steiner uit.
Herhaling van gloriejaar Haas?
2018 was het beste jaar voor Haas tot nu toe. Romain Grosjean en Kevin Magnussen finishten geregeld in de punten en Haas eindigde als vijfde in het constructeurskampioenschap. Ondanks de mindere financiële middelen verwacht de teambaas dat Haas het dit jaar opnieuw goed zou kunnen doen. "Ik denk dat we terug zouden kunnen keren in het middenveld, maar de teams die toen (in 2018, red.) achter ons stonden, die kunnen nu ook vooruit gaan. En de teams die voor ons staan, die kunnen ook achteruit gaan. Ik denk dat het veld competitiever zal zijn", verwacht Steiner. "We hebben nog steeds veel dezelfde mensen op dezelfde plekken", gaat de Italiaan verder. "Ik denk zelfs dat de technische afdeling er beter voor staat dan in het begin. Dus ik denk dat er een echte kans ligt voor ons. De praktijk zal het moeten uitwijzen natuurlijk. De rest doet hetzelfde en ik kan niet zeggen hoe goed de rest zal zijn."
Meest gelezen
