Haas ziet af van beroep in zaak tegen Force India

Force India mag al haar sinds de Grand Prix van België gescoorde punten dus 'gewoon' behouden en hoeft niet te vrezen voor diskwalificatie uit de eindklassering van het Formule 1-seizoen 2018. Dit betekent dat de inmiddels onder een Britse licentie racende stal zevende is geworden, Haas besloot dit jaar als vijfde.

Haas had een protest ingediend omdat Force India onder de inschrijving 'Racing Point Force India' gebruik maakte van wagens die officieel door 'Sahara Force India', zoals het team genaamd was toen Vijay Mallya nog eigenaar was, gebouwd waren. Dit ging volgens Haas tegen de intellectuele eigendomrechten van een Formule 1-team in. De FIA oordeelde op de zaterdag in Abu Dhabi dat Force India niets verkeerd had gedaan en dat het de bond zelf was, die het team toestemming had gegeven om met de begin dit jaar geïntroduceerde bolides te rijden. Volgens teambaas Steiner was geld overigens geen drijfveer: de Italiaan verklaarde ten overstaande van onder meer Racingnews365 dat Haas streeft naar een gelijke behandeling voor alle teams. Toen de Amerikaanse stal in 2016 debuteerde moest het immers twee jaar lang op water en brood leven voor het prijzengeld van de FIA ontving, iets wat voor alle nieuwe teams geldt. Haas ziet Force India wegens haar nieuwe eigenaren als een nieuw team en vond het dus oneerlijk dat Force India haar prijzengeld wél direct zou verkrijgen, wat na het afgewezen protest nog steeds het geval zal zijn.