Het Red Bull-mes dat aan twee kanten snijdt ten opzichte van McLaren

Het seizoen van Red Bull kende twee gezichten. Het team begon dominant met vier overwinningen in vijf races van Max Verstappen, waarna McLaren het initiatief overnam. Zij brachten een grote update mee naar de Grand Prix van Miami en zetten een grote stap. Lando Norris legde Verstappen het vuur aan de schenen, maar greep wel naast de rijderstitel. De 27-jarige Nederlander peurde er iedere race het maximale uit, ook als dat de vijfde plaats betrof.

Red Bull kreeg het echter niet voor elkaar om de derde constructeurstitel op rij te pakken. Norris en Oscar Piastri presteerden beter én constanter, terwijl Sergio Perez volledig door het ijs zakte. De Mexicaan pakte 49 schamele punten vanaf de Grand Prix van Emilia-Romagna, wat natuurlijk ook niet hielp in de jacht van Red Bull. Het team had last van hardnekkige balansproblemen, waardoor de vrije val van Perez nog dieper werd. Uiteindelijk eindigde Red Bull op de derde plaats in het constructeurskampioenschap, achter McLaren en Ferrari.

En ondanks dat Red Bull natuurlijk liever de wereldtitel had gepakt en de hardwerkende medewerkers bonussen kon schenken, levert de eindstand echt wel een groot, tweeledig voordeel op. Dat heeft alles te maken met de relatief nieuwe reglementen van de Formule 1. De eindstand in het constructeurskampioenschap bepaalt tegenwoordig hoeveel tijd een team in de windtunnel én voor de computersimulaties krijgt.

2026

Nu Red Bull van de eerste naar de derde plaats is afgezakt, krijgt het team dus een stuk meer ontwikkelingstijd in de eerste zes maanden van 2025. Daarna wordt de tussenstand van volgend seizoen gebruikt voor het restant van het jaar. En dat terwijl McLaren anderzijds juist heel veel tijd en simulaties moet inleveren. Zij sprongen immers van een derde plaats op 1 juli naar de titel en moeten daarvoor 'boeten'. Het biedt Red Bull dé kans om het gaatje te dichten en Verstappen opnieuw een auto te geven waarmee hij om de titel kan strijden.

De kanttekening is wel dat Red Bull concreet resultaat moet boeken in de fabriek in Milton Keynes. Zoals gezegd greep het team onder andere naast de titel door de hardnekkige balansproblemen en het feit dat ze de ontwikkeling van McLaren niet bij konden benen. Het ligt niet in de lijn der verwachting dat teams de auto volledig op de schop gaan gooien, waardoor de doorontwikkeling van Red Bull cruciaal wordt. Ze hebben de tijd, nu nog het tastbare resultaat.

Dat teams niet het volledige concept veranderen, heeft weer te maken met de reglementen van 2026. Er komen gloednieuwe auto's en motoren aan, iets waar Red Bull natuurlijk al jaren druk mee bezig is. Het team verschijnt voor het eerst met een eigen krachtbron aan de start en kan ook op dat vlak profiteren van meer windtunneltijd. Teams mogen vanaf 1 januari 2025 aan de bouw van de nieuwe auto's beginnen.

De conclusie? 'Elk nadeel heb zijn voordeel', zoals Johan Cruyff ooit zei. Red Bull kan meer windtunneltijd en computersimulaties inzetten om in 2025 weer op het niveau van McLaren te komen, terwijl het ook een voordeel moet zijn richting de nieuwe auto's van 2026. Verstappen zal hopen dat Red Bull weer een raket produceert. Het is het team al eerder gelukt.