Het was zo goed als in kannen en kruiken. Charles Leclerc zou in 2015 in het Europese Formule 3-kampioenschap uitkomen voor Prema. Er was echter één maar. Vanwege de enorme financiële backing van papa Stroll was Lance Stroll daar de nummer één-coureur, iets waar het Leclerc-kamp toch wel mee zat. In die tijden kon je in de periode na de laatste race tot kerst vrijuit testen in de Formule 3. Het was een tijd waarin coureurs als het ware konden shoppen op zoek naar het juiste stoeltje. "Teameigenaar Frits van Amersfoort trok de stoute schoenen aan belde de manager van Leclerc, Nicolas Todt, op", zo blikt VAR's data-engineer van die tijd, Remco Advocaat, terug in een exclusief gesprek met RacingNews365 . "Frits stelde voor om Charles één dag met onze auto te laten testen, gratis en voor niks en dan kon hij altijd nog een definitief besluit nemen. Op de laatste dag waarop dat nog toegestaan was, stapte hij in en toonde hij zich direct onder de indruk van het team. En dat niet alleen, hij was ook zeer onder de indruk van wat een relatief klein team als Van Amersfoort Racing in het jaar ervoor met Max Verstappen had gepresteerd", vervolgt Advocaat. "Dat zal zeker hebben meegespeeld in zijn besluit om voor Van Amersfoort te kiezen", een besluit dat hem geen windeieren heeft gelegd. Hij begon het seizoen ijzersterk met meerdere overwinningen, maar zakte terug na een moeilijke periode waarin onder andere zijn goede vriend Jules Bianchi overleed. "Dat raakte hem diep en dat merkte je op het circuit. Pas tijdens de laatste race op Macau liet hij zien dat hij weer de oude was. Nee, hij won de race niet, maar voor ons was hij de winnaar. Enkel door een safety car in de slotfase van de race, ging de overwinning verloren. Op het lange rechte stuk ben je als leider nu eenmaal kansloos als men achter jou een slipstream weet te pakken."
Meest gelezen
