Brundle trekt pijnlijke Red Bull-conclusie: "Die dagen zijn voorbij"

Aan het begin van het seizoen leek het er nog op dat Max Verstappen en Red Bull net zo'n dominant seizoen zouden beleven als in 2023. Maar inmiddels hebben de andere teams een flinke inhaalslag gemaakt en is de Oostenrijkse renstal niet langer het snelste team. Zo ook niet in België, waar Verstappen P4 pakte en zijn teamgenoot Sergio Perez op de zevende positie eindigde.

Dat zag Martin Brundle ook, die eerst kort terugblikt op de kwalificatie. "Verstappen was immens sterk in een natte kwalificatie en pakte met gemak poleposition met een van zijn twee nieuwe intermediates. Hij had een extra set uitgespaard ten opzichte van alle anderen, omdat hij zo gemakkelijk door Q1 en Q2 kwam. Zijn lange runs op droge banden op vrijdag zagen er ook erg indrukwekkend uit", zo schrijft de Brit in zijn column voor Sky Sports.

"Er werd veel gesproken over de McLarens als pacesetters en er werd 'gegokt' hoe lang het zou duren voordat Verstappen vanaf P11 op de grid naar voren zou komen. Het leek erop dat de strijd om de best of the rest een gevecht zou worden tussen Ferrari, Mercedes en Sergio Perez, die op de eerste startrij begon."

Dan richt Brundle zich op de race van de Nederlander. "Verstappen was noodzakelijkerwijs supervoorzichtig in de eerste bocht. Hij ging zijn vroege en gemakkelijkere slachtoffers Alex Albon, Esteban Ocon en Fernando Alonso voorbij. Zij waren allemaal in de race om (achter de vier topteams, red.) best of the rest te worden en wilden niet kibbelen met de leider in het wereldkampioenschap."

"Maar toen Verstappen achter Lando Norris en het leidende peloton aankwam in de DRS-trein, waarbij iedereen beschutting zocht in de achtervleugel van de coureur voor zich, liep hij zich vast in de zoektocht naar progressie. De dagen dat Red Bull zo dominant was dat ze op elke manier konden winnen vanaf bijna elke positie op de grid, zijn voorbij", zo is dan ook de pijnlijke conclusie van Brundle.