Vier jaar lang was Red Bull nagenoeg onverslaanbaar in de Formule 1. Van 2010 tot en met 2013 won Sebastian Vettel de wereldtitels bij de coureurs en het team alle constructeurstitels. In 2014, toen de nieuwe V6-turbomotoren werden het levenslicht zagen, waren het team en Vettel vastbesloten die lijn door te trekken, maar het liep anders. Red Bull gaf niet thuis, aangezien het met de Renault-motor niet over een winnende krachtbron beschikte, maar ook Sebastian Vettel had het dat jaar lastig. Hij kreeg de auto niet naar zijn hand gezet, dat terwijl zijn kersverse teamgenoot Daniel Ricciardo steeds beter de slag te pakken kreeg. Ook in Canada was Red Bull niet de bovenliggende partij, maar motorproblemen voor de Mercedes-coureurs wierpen Ricciardo de leiding in de schoot. Het dat jaar dominante Mercedes werd weliswaar niet op een gelijk speelveld geklopt, teamgenoot Sebastian Vettel wél. Ricciardo vierde na zijn eerste overwinning in Canada nog twee zeges dat jaar, terwijl de teller van Vettel op nul bleef staan. Daniel Ricciardo was opeens de gevierde man, terwijl Sebastian Vettel Red Bull aan het eind van het jaar zou inwisselen voor Ferrari. In 2016 zou Daniel Ricciardo op zijn beurt een jongeling naast zich krijgen die het hem moeilijk maakte. Het is de man die as we speak de onbetwiste nummer één is binnen Red Bull: Max Verstappen.
Meest gelezen
