De mooiste dag uit zijn carrière vierde Daniel Ricciardo op 27 mei 2018. Die dag had nooit zijn mooiste kunnen worden als hij in 2016 niet flink de balen had van zijn gemiste overwinning in de Grand Prix van Monaco. Een verprutste pitstop van Red Bull wierp hem terug tot achter Lewis Hamilton, die hij vervolgens niet meer voorbijkwam. Daniel Ricciardo was die dag echter de beste in Monaco en de vraag was of hij ooit weer die kans zou krijgen. Het antwoord daarop was ja, twee jaar later, vandaag precies twee jaar geleden. Op een circuit waar het aantal paardenkrachten van de Renault-motor veel minder een rol speelde dan ergens anders wist Ricciardo zich weer van voren te melden. In alle vrije trainingen stond zijn naam bovenaan de tijdenlijst en net voor die van Max Verstappen. Ook de poleposition trok hij overtuigend naar zich toe. Een dag later, op zondag, was er geen vuiltje aan de lucht voor de goedlachse Red Bull-coureur. Niet tijdens de eerste helft van de wedstrijd, althans. Door een kapotte MGU-K verloor hij 25% van van zijn vermogen, waardoor Sebastian Vettel nooit ver weg was. Inhalen bleek voor Vettel echter een onmogelijke opgave en dus stuurde Ricciardo zijn sputterende RB14 in leidende positie over de streep. "Ik ga er niet over liegen. De deceptie van 2016 heeft me twee jaar lang achtervolgd, en om dan niks verkeerd te doen in 2018 en te denken dat de overwinning opnieuw uit mijn handen zou glippen...", zo blikt Ricciardo twee jaar later terug op die bewuste race. "Als je in Monaco als leider de eerste bocht in duikt, heb je de race in zekere zin in handen en ben je de enige die hem weg kan gooien. In 2018 ervoer ik door wat er in 2016 was gebeurd echter een heel ander soort stress. Na afloop voelde ik alleen maar de opluchting dat de zege me deze keer niet was ontschoten. De dagen later kon ik er nóg meer van genieten, omdat alles toen geland was. Die zondagnacht was ik namelijk opgebrand, dat was meer één lange zucht van verlichting."
Meest gelezen
