Daniel Ricciardo kiest niet alleen vijf namen, waaronder enkele verrassingen, hij geeft ook een toelichting voor zijn keuzes. De Australiër nam het sinds zijn debuut in de Formule 1 op tegen liefst 62 coureurs in 171 races. Marcus Ericsson , volgens velen een pay driver die voor Caterham, Sauber en Alfa Romeo tot 97 Grands Prix kwam. De Zweed is volgens Ricciardo aanzienlijk getalenteerder dan velen denken. "Om je F3-auto in Macau op poleposition te zetten, dan ben je wel meer dan een zondagsrijder. Het was een sterk startveld, waarvan zes coureurs later in de Formule 1 uitkwamen. Marcus werd als jonge coureur zeer hoog aangeslagen, maar voor mijn gevoel kreeg hij een andere reputatie in de Formule 1. In 2018 gaf hij Leclerc bij Alfa ook goed partij, maar kreeg hij weinig credits." De tweede rijder die Ricciardo noemt kreeg helaas nooit de kans om zijn talent in een topauto te laten zien. Jules Bianchi was een van de groeibriljanten van de Formule 1, maar crashte zwaar in de Japanse Grand Prix van 2014 en overleed in 2015 aan de gevolgen van zijn crash. "Hij werd niet onderschat, maar kreeg nooit de kans in een topauto. Als hij voor een topteam had gereden, was hij zeker een racewinnaar geworden. Voor mijn gevoel doet Charles Leclerc wat Jules anders had laten zien. Het voelt alsof Charles laat zien waartoe Jules in staat was geweest." Vitantonio Liuzzi , de snelle Italiaan reed het grootste deel van zijn F1-carrière in dienst van Red Bull of zusterteam Toro Rosso. "Mijn allereerste teamgenoot in de Formule 1! Ik heb me laten vertellen dat hij een van de beste karters van de hele wereld is geweest. Voor mijn gevoel was hij de Michael Schumacher van de karters." "Hij bereikte de Formule 1, maar slaagde niet helemaal. Ik onderschatte hem misschien toen ik in de Formule 1 kwam, omdat hij tegen het einde van zijn loopbaan liep maar hij imponeerde me met zijn pure snelheid." De verrassendste naam in de lijst is die van Roberto Merhi die nooit een bijzondere indruk achter wist te laten. "We reden in 2007 al tegen elkaar in de Formule Renault en waren de twee beste rookies. Het jaar erna reed ik onder meer tegen Valtteri Bottas, maar ik zag Merhi als mijn grootste rivaal. Met zijn agressieve rijstijl wist hij het maximale uit de Formule Renault te halen, maar in de Formule 1 lukte dat niet. De banden zijn zeer gevoelig en ik denk dat zijn aanpak niet werkte." De vijfde en laatste naam is die van niemand minder dan J enson Button , de wereldkampioen van 2009. "Hoe kan een wereldkampioen onderschat worden? Jenson had enkele prachtige jaren in de Formule 1. In 2011 versloeg hij Lewis Hamilton bij McLaren en zijn racepace was geweldig. Zijn zege in Canada dat jaar, dat was een van de beste F1-races aller tijden!" Button kwam in 309 Grands Prix tot 'slechts' 15 zeges. Liefst acht seizoenen reed hij in dienst van McLaren, maar wel op het moment dat het verval bij het Britse team inzette. Los van het wonderbaarlijke jaar bij Brawn GP had Button nooit een auto waarmee hij serieus kon strijden voor de titel.
Meest gelezen