F1-schandalen: Ferrari-coureur negeert teamorder op weg naar tweede wereldtitel

We gaan terug naar het jaar 1953. Op 23 augustus, vandaag precies 68 jaar geleden, werd de Grand Prix van Zwitserland verreden op het circuit van Bremgarten. De race is als zo vaak in die tijd een Italiaans onderonsje, al is het maar omdat meerdere Italiaanse constructeurs zich in die tijd van voren melden.

Ferrari is één van die teams en heeft met Alberto Ascari, Guiseppe Farina en Mike Hawthorn bepaald geen kleine jongens in dienst. Het is echter Maserati's Juan Manuel Fangio die de poleposition pakt. De Argentijn zou tijdens de race echter uitvallen met versnellingsbakproblemen, om vervolgens de zusterauto van Felice Bonetto over te nemen. Daarmee stormde hij naar voren, om vervolgens weer stil te vallen met motorproblemen.

Ascari erfde namens Ferrari de leiding, maar ook hij stuitte op motorische problemen. Die konden door het team in de pits worden opgelost, maar hij kwam achter zijn teamgenoten terug de baan op. Ferrari zag een zekere één-twee-drie wel zitten, waardoor men de opdracht kreeg hun posities te behouden, maar aan die oproep had Ascari lak.

Ascari ging Hawthorn én Farina voorbij, om doodleuk met de zege aan de haal te gaan. Hij had een groot persoonlijk belang bij die zege, want op die manier vierde hij zijn tweede en laatste Formule 1-wereldtitel in stijl. Een overwinning van Fangio in de laatste race van het jaar, de Grote Prijs van Italië, kon daar niets meer aan veranderen.

Bekijk het videoverslag van Ferrari zelf hieronder.