De Nederlandse racefans zullen zich de onzekere uren na de Grand Prix van Oostenrijk in 2019 nog goed herinneren. Max Verstappen kwam als eerste over de streep, maar een in de ogen van de FIA mogelijk te agressieve inhaalactie op Charles Leclerc bracht zijn overwinning aan het wankelen. Pas drie uur na de race was de uitslag definitief. Het kan echter nog veel erger. In 1995 was de Formule 1 Grand Prix van Brazilië verreden en stonden Michael Schumacher en David Coulthard op de hoogste treden van het ereschavot, beide rijdend met Renault-motoren en Elf-benzine. Na afloop van de race werd echter geoordeeld dat de brandstofmonsters niet overeenkwamen met de monsters die voorafgaand aan het seizoen waren afgeleverd ter homologatie. Vijf uur na de race werd duidelijk dat beide coureurs werden gediskwalificeerd. De verrassende winnaar heette zodoende Gerhard Berger, een man die de overwinningen nooit echt aaneen wist te rijgen. Natuurlijk gingen Benetton en Williams namens respectievelijk Schumacher en Coulthard in beroep. Een kleine maand later werd uitspraak gedaan over de zaak, op 14 april. Schumacher kreeg zijn overwinning terug en de Schot zijn tweede plaats. De FIA oordeelde dat de teams verkeerd hadden gehandeld, en omdat men duidelijk had aangegeven dat men zeer streng zou optreden, verloren de teams hun constructeurspunten voor die race. De coureurs, zo werd er gezegd, troffen geen blaam en zij mochten hun punten wel behouden. Schumacher blij, Coulthard blij, en Berger? Die kon alleen maar concluderen dat de Formule 1 door toedoen van de stewards een regelrechte 'grap' was geworden.
Meest gelezen