Irvine: "Ferrari geloofde niet dat ik wereldkampioen kon worden in '99"

Natuurlijk was in 1999 Michael Schumacher de gevierde man bij Ferrari, maar toen de Duitser op Silverstone zijn been brak, was Eddie Irvine opeens de kopman van de Scuderia. Uiteindelijk greep hij met twee punten net naast de rijderstitel. Wellicht dat het anders was gelopen als Ferrari wél volledig achter hem was gaan staan.

"Het probleem van dat jaar was dat Ferrari de auto uit de windtunnel haalde de dag nadat Schumacher crashte. Men stopte direct met de ontwikkeling van die auto en zette de F1-2000 van het jaar erop in de windtunnel", aldus de flamboyante Ier in gesprek met de BBC . Hoewel Irvine het jammer vindt dat hij zodoende niet dezelfde kans kreeg om de wereldtitel te pakken als Schumacher zou hebben gekregen, koestert hij geen wrok: "Nee joh, uiteindelijk begrijp ik die beslissing heel goed." "Natuurlijk vroeg Ferrari zich hardop af of ze met mij kans maakte op de wereldtitel. Men dacht van niet, aangezien de McLaren van dat jaar een seconde sneller was dan onze auto. Ik geloofde er zelf evengoed niet in. Daarnaast wist men maar al te goed dat superster Michael op volle sterkte terug zou keren in 2000, dus het was volkomen logisch om de focus te verleggen naar het volgende jaar." Irvine, die zegt nergens spijt van te hebben, is een groot bewonderaar van Schumacher. Eerder deze maand gaf hij al te kennen hem te beschouwen als de beste F1-coureur aller tijden, maar zelf komt hij op een verdienstelijke twee plaats: "Het is ergens jammer dat uitgerekend Schumacher mijn teamgenoot was, want er waren weinig andere coureurs beter dan ik. Enkel Michael was van een ander niveau."