In de jaren 2001 tot en met 2003 komt het zomaar voor dat er een Schumacher-dubbelzege te bewonderen valt in de Formule 1. Denk aan de GP van Canada in juni 2001 bijvoorbeeld. Enkele malen gedurende het seizoen 2003 wordt zelfs hardop de vraag gesteld: wie van de Schumachers gaat er met de titel aan de haal? Een unieke situatie, waarvan Duitsland massaal in de ban is. Dat Michael meestal aan het langste eind trekt, mag de pret niet drukken. Michael Schumacher is zonneklaar de beste van de twee gebroeders, met 91 GP-zeges en zeven wereldtitels, behaald bij Benetton (1994 en ’95) en Ferrari (2000 – 2004). Maar de zes jaar jongere Ralf Schumacher hoeft zich bepaald niet te schamen voor zijn prestaties, met name zijn periode bij Williams, van 1999 tot en met 2004, kan als succesvol worden beschouwd. Uiteindelijk boekt hij tussen 1997 en 2007 zes Grand Prix-zeges en in totaal 27 podiumfinishes. Michael en Ralf Schumacher zijn in zeven decennia Formule 1 de enige racende broers die allebei Grands Prix op hun naam weten te schrijven en ook nog eens samen het ereschavot beklimmen. Alleen al daarom neemt de naam Schumacher in 70 jaar F1 een zeer markante plaats in.
Meest gelezen