Waar hij vorig nog kon strijden om podiumplaatsen en overwinningen mag Daniel Ricciardo dit jaar al tevreden zijn als hij punten weet te scoren met zijn Renault R.S.19. Dat bleek namelijk niet in alle races even makkelijk, maar de Australiër gaat daar naar eigen zeggen niet onder gebukt. Integendeel. "Het was tijdens de Grand Prix van Oostenrijk dat ik dacht 'ik wil hier helemaal niet zijn'. Daarmee doel ik niet op het team van Renault, maar op de veertiende positie waarop ik rondreed. Het deed me beseffen dat ik echt heel graag vooraan wilde rijden en dat ik dus wil slagen met Renault. Zo'n slecht weekend wakkert juist mijn passie voor de sport aan", zo laat hij in gesprek met de BBC optekenen. Hier en daar wordt weleens geroepen dat Renault voor Ricciardo een tussenstation is, een team waar hij twee jaar kan slijten, om vervolgens in 2021 een nieuwe uitdaging aan te gaan. Niets is volgens Ricciardo echter minder waar: "Als je me vraagt of ik bij Renault wil blijven, zeg ik ja. Ik weet dat sommige mensen twijfelen aan mijn intenties met dit team, maar ik wil Renault helpen om hogerop te komen. Dat was mijn grote doel toen ik overstapte en dat is het nog steeds." Renault vecht dit jaar in het middenveld in plaats van dat het de aansluiting met de top drie weet te vinden zoals gehoopt. Dat betekent enerzijds dat het team soms ruim buiten de punten kan vallen, maar anderzijds dat er flink geknokt wordt in het middenveld, iets waar Ricciardo erg van kan genieten. "Vorig jaar vocht ik in het merendeel van de races enkel met mijn Red Bull-teamgenoot Max Verstappen, terwijl ik het dit jaar tegen het hele middenveld opneem. Dat is natuurlijk veel enerverender en ik rijd mijn races dan ook met veel plezier." Luister nu de Formule 1-podcast van RacingNews365. Tim Coronel, Jeroen van Inkel en Joe van Burik blikken vooruit op de Grand Prix van Singapore.
Meest gelezen
