In de persconferentie worden alle coureurs gevraagd naar het inkorten van de DRS-zones. Nadat men daar in Azerbeidzjan toe besloot, heeft men dat ook in Miami gedaan. De reden? Er werd te gemakkelijk ingehaald in het verleden. Menig coureur stelt nu echter dat het nagenoeg onmogelijk wordt in die kortere DRS-zones, juist omdat de verschillen onderling anno 2023 zo klein zijn. Max Verstappen, een coureur die dat probleem niet zo heel erg aan den lijve ondervindt, omdat hij veel vooraan rijdt en over het meest efficiënte DRSS-systeem beschikt, analyseert het probleem. Waarom wordt er zo weinig ingehaald? De Red Bull-coureur formuleert een verklaring, nadat hij onderkent dat het probleem bestaat. "Het liefst zou ik natuurlijk zien dat we zonder DRS kunnen racen, maar dat is niet mogelijk. Voor ons ligt het wel net iets anders. Als je bijvoorbeeld van achteren door het veld moet komen en jou auto van nature een stuk sneller is, dan kom je er toch wel aan voorbij", aldus Verstappen tegenover onder andere RacingNews365. "Maar als het tempoverschil zo'n één à twee tienden is, dan loop je het risico in een DRS-trein vast te komen te zitten. Maar ook de leidende auto van die trein kan nauwelijks aangevallen worden, omdat de DRS-zone te kort is."
Afwijken van de ideale lijn
"Is de DRS-zone te kort? Is het moeilijk om je voorganger te volgen met deze auto's?", zo vervolgt hij hardop denkend. "Ik denk misschien een combinatie van beide factoren?" "De auto's zijn waarschijnlijk te zwaar en te stijf. Dat maakt dat je ook niet lekker gebruik kunt maken van de kerbstones om net wat andere lijnen te rijden. Iedereen rijdt tegenwoordig min of meer identieke lijnen, puur vanwege de karakteristieken van de auto. En de teams vinden ook steeds meer downforce, waardoor de auto's elkaar dus weer moeilijker kunnen volgen." Lando Norris krijgt naast Verstappen dezelfde vraag voor zijn kiezen, maar sluit zich in zijn geheel aan bij de woorden van de Nederlander: "Max heeft het al behoorlijk goed uitgelegd."
Meest gelezen