Max Verstappen maakte ruim negen jaar geleden als 17-jarig broekie zijn debuut in de Formule 1 voor Toro Rosso. Gaandeweg de tijd in de koningsklasse van de autosport leerde hij heel veel bij om uiteindelijk de coureur te zijn die hij nu is. Voordat hij zijn entree maakte in de F1 leerde hij enorm veel van zijn vader Jos Verstappen.
Maar ook de Koninklijke Nationale Autosport Federatie (KNAF) heeft bijgedragen aan de autosportcarrière van de inmiddels 26-jarige Verstappen. "Natuurlijk was Max er ook zonder de KNAF gekomen, maar we hebben zeker kunnen helpen. Met name financieel. Het is een misvatting dat Jos het allemaal zelf betaalde", zo vertelt Maarten van Wesenbeeck, de voormalig algemeen directeur en voorzitter van het talentenprogramma van de KNAF tegen Formule 1 Magazine. "Dat kon niet, het gaat om echt veel geld en daar hebben wij als de KNAF die laatste twee jaar voor hij zijn F1-debuut maakte, mee kunnen helpen."
Naast de financiële ondersteuning kreeg de jonge Verstappen ook mediatraining van Allard Kalff. "Of hij er veel van opgestoken heeft? Dat was niet nodig. Je merkte toen al dat hij een bepaalde kijk had op dingen. In alles wat hij deed, wist hij precies wat hij eruit wilde halen. Natuurlijk zagen we toen al dat hij extreem talentvol was", zo legt Van Wesenbeeck uit.
Hij zag daarbij dat Verstappen zich onderscheidde van de rest en niet alleen met wat hij in de auto liet zien. "Het was zijn benadering. Die was heel anders dan bij de meesten. Van hem ik geleerd wat topsport op het hoogste niveau inhoudt. Dat je geen concessies doet aan je doel. Dat heb ik ook zo ervaren in de discussies die ik met Jos had. Ze waren hard richting de bond, maar als je zelf straight bent, kun je ook hard terug zijn. We wisten goed wat we aan elkaar hadden: ik had dus een prima relatie met Jos. En nog steeds", zo sluit Van Wesenbeeck af.
Meest gelezen
In dit artikel
Praat mee!