Lewis Hamilton heeft zich al vaker uitgesproken als een tegenstander van DRS. Het openklappen van de achtervleugel zorgt voor verminderde luchtweerstand en is beschikbaar in DRS-zones indien een auto op minder dan een seconde van zijn voorganger rijdt. Volgens de Brit is het een soort noodzakelijk kwaad. "Er is niets wat ik er aan kan doen, maar ik denk dat het waarschijnlijk nog wel een tijd bij de Formule 1 zal horen", zo wordt hij geciteerd door RaceFans. De Mercedes-coureur, die tijdens de aankomende Grand Prix van Mexico zijn zesde wereldtitel kan veroveren, meent dat DRS inhaalacties echt minder bijzonder maakt: "Sommige inhaalacties kun je al halverwege een recht stuk uitvoeren, dat is natuurlijk niet zo spannend. Je wilt dat juist in een bocht doen, door aan de binnenkant bij een andere auto te zitten. Maar zo is het nu eenmaal. Het stoort me niet heel erg, je moet namelijk nog steeds wel in de positie komen om het te kunnen gebruiken." De discussie over de nieuwe regels voor 2021, waarbij vooral gesproken over het technische reglement, wordt nog volop gevoerd - onder meer tijdens topoverleg tussen de teams, FIA en F1 afgelopen woensdag. Volgens het huidige plan zouden de nieuwe auto's vanaf 2021 minder turbulente lucht moeten opwekken. "Ik weet niet of ze DRS willen behouden in 2021. Dat stel ik me wel voor, maar hopelijk kunnen we elkaar beter volgen, waardoor het systeem niet meer nodig is", aldus Hamilton. Sportief F1-directeur Ross Brawn gaf eerder al aan dat DRS waarschijnlijk in stand gehouden wordt voor 2021, al wil hij wel kijken of het systeem kort daarop al achterwege gelaten zou kunnen worden. Luister hieronder naar de nieuwste F1-podcast van RacingNews365, waarin Tom Coronel, Joe van Burik en Rudy van Buren uitgebreid terugblikken op de Grand Prix van Japan.
Meest gelezen