Toen Ecclestone zwaar gefrustreerd was over nieuwe F1-motoren: "Complete onzin"

Tegenwoordig vinden het we heerlijk om volop te klagen over de V6-turbomotoren met hybridecomponenten in de Formule 1, want wat verlangen we eigenlijk terug naar de schreeuwende V8-motoren. In 2006 besloot men die 2.4 liter-motoren in te voeren in de Formule 1 in een poging de snelheid terug te dringen die gepaard ging met de nog harder gillende 3.0 liter V10-krachtbronnen. De FIA en de Formule 1-teams namen die beslissing buiten F1-opperhoofd Bernie Ecclestone om. Woedend was hij! Niet eens zozeer om de keuze voor V8-motoren zelf, als wel om de keuze voor nieuwe motoren an sich: "Dit is compleet onzinnig, niemand heeft hier diepgravend over nagedacht", foeterde hij. "De constructeurs hebben toegezegd de de V8-motoren te bouwen, alleen om zich later te realiseren dat daar enorme kosten mee gemoeid zouden zijn." Ecclestone deed zijn uitspraken aan de vooravond van het seizoen 2006, vandaag vijftien jaar geleden. Het was het eerste jaar waarin men met V8-motoren reed, met uitzondering van Toro Rosso. Dat team nam het chassis van Red Bull uit 2005 over, mét V10-motor, die werd geknepen om een gelijk speelveld te creëren. Het was het laatste team dat met V10-motoren reed in de Formule 1. De V8-motoren zouden acht jaar meegaan en de Renault-exemplaren bezorgden Red Bull de laatste wereldtitels van 2010 t/m 2013.