Het Circuit Paul Ricard wordt bijna over de hele lengte van het asfalt omringd door enorme uitloopstroken. Even te wijd gaan heeft daarom misschien niet direct gevolgen voor de gesteldheid van de auto, maar wel voor de coureurs. De FIA controleert op meerder plaatsen op het circuit op track limtis. Gaat een coureur bij het uitkomen van bocht één te wijd, waardoor hij bocht twee niet haalt, dan moet hij rechts om de twee piepschuimblokken heen sturen. Hetzelfde geldt voor de rechts-links-combinatie van de bochten 3 en 4, met dat verschil dat coureurs links moeten houden tot ze bij bocht vijf weer het circuit op mogen sturen. Als een coureur bij de chicane van bocht 8 en 9 rechtdoor schiet, moet hij zigzaggend zijn bolide door de vier blokken sturen. Gebeurt dit alles in de race, dan wordt een team daarvan op de hoogte gesteld via de gangbare kanalen. Gebeurt het in totaal drie keer, dan krijgen de coureurs een waarschuwing en bij een vierde overtreding wordt de kwestie toch echt voorgelegd aan de stewards.
Meest gelezen