Na twee jaar afwezigheid keert Fernando Alonso volgend jaar terug bij Renault. Hij begint daarmee aan zijn derde stint bij het team, waarmee hij in 2005 en 2006 twee wereldtitels veroverde. "Ik ben erg gelukkig", zo begint hij zijn verhaal. "Om terug te keren naar de F1, maar ook naar het team waarmee ik de beste ervaringen heb gehad in deze raceklasse. Dus ik ben hier blij mee. Ik ken veel mensen bij Renault. Ik ken veel ingenieurs en monteurs. Ik ken hun passie. Ik weet hoe hongerig ze nog zijn naar succes. De 38-jarige Spanjaard beschouwt komend jaar als een seizoen van voorbereiding op 2022, het jaar waarin het nieuwe technisch reglement van kracht wordt. "Ik denk dat het de moeite waard is om in 2021 in de sport te zijn als voorbereiding voor mij, na twee jaar niet in deze auto's te hebben gereden. Bovendien is het een goede voorbereiding voor het team op 2022." "Ik denk dat de regels van 2022 meer eerlijkheid brengen in de sport en ook close racing gaan opleveren. Met dat in gedachten is er volgens mij nu genoeg tijd om aan die projecten te werken en het momentum op te bouwen. Die tijd hebben we ook nodig. Dit is een kwestie van samen bouwen. Werken aan iets dat je vertrouwt, bij een team dat de mogelijkheden en de faciliteiten in huis heeft. Al die ingrediënten heb ik bij Renault gevonden." De Spanjaard zegt niet te verwachten dat de hegemonie van Mercedes spoedig wordt doorbroken. "Ik ben me van die dingen bewust, heb bepaald niet onder een steen gelegen. Ik weet dat slechts één team zal winnen in 2020 en waarschijnlijk in 2021." Daarmee laat Alonso doorschemeren te beseffen dat hij voor een immense uitdaging staat. Over zijn leeftijd - Alonso wordt 29 juli al 39 jaar - zegt de oud-kampioen zich geen zorgen te maken. "In de Formule 1 is het al jarenlang alleen de stopwatch die telt, niet de leeftijd."
Meest gelezen