Ook in 2023 verscheen Mercedes aan de start van het Formule 1-seizoen met haar 'zero pod' design en net als een jaar eerder zijn ze maar weinig competitief. Dat er wat moet veranderen om weer te kunnen concurreren met Red Bull is duidelijk, maar zomaar overstappen naar een beter design kan natuurlijk niet. Het kost nog even tijd. Veel tijd zelfs. Teambaas Toto Wolff vreest dat het tot een jaar achterligt op het team van Max Verstappen en Sergio Perez, zo geeft hij toe tegenover de media, waaronder RacingNews365. "Ik denk dat de achterstand tussen de zes en twaalf maanden ligt, want dat is de tijd dat het ons heeft gekost om erachter te komen wat er met de vorige bolide aan de hand was." "Dat betekent dat we de ontwikkelingssnelheid moeten verdubbelen. We moeten een steilere ontwikkelingscurve ontwikkelen dan de concurrent en dat kan ook, gezien ze daar minder grote sprongen zullen maken als het concept was 'volwassener' is. Ook de windtunneltijd kan een beetje helpen, maar veel zal het niet zijn. We moeten onze zaken weer op orde krijgen." Wolff verwacht dat een inhaalslag slaan zeker mogelijk is. "Als we fundamenteel begrijpen wat er moet veranderen, dan zullen de stappen groot zijn. Daarvoor moeten we echter perfect handelen."
Red Bull-dominantie geen zekerheid
Of Red Bull nu gaat domineren of niet, de kans dat er voor 2026 ingrijpende reglementswijzigingen komen om een team af te remmen, is klein. In 2026 gaat een nieuw pakket motorreglementen in, wat weer voor een veranderde pikorde kan zorgen. Toch denkt Wolff niet dat Red Bull tot die tijd zo dominant is als het nu lijkt. Het team van Verstappen en Perez is namelijk niet ontastbaar, al erkent Wolff dat er 'een risico' is dat de dominantie wel blijft. "Het is echter een kampioenschap waarin we een budgetplafond hebben. Het is daarnaast een technisch kampioenschap en een sportief kampioenschap." "We zullen alle invalshoeken gebruiken om onze performance ten opzichte van Red Bull te optimaliseren en we zullen er alles aan doen om het ze moeilijk te maken", zo belooft Wolff.
Meest gelezen