Normaal kunnen Formule 1-coureurs tijdens een Grand Prix na drie ronden gebruik maken van hun DRS, mits ze natuurlijk binnen één seconde van hun voorganger zitten. In Abu Dhabi duurde het echter achttien ronden lang voordat alle coureurs hun achtervleugel op de twee lange rechte stukken open konden klappen. Daarom kon Nico Hulkenberg bijvoorbeeld enkele ronden lang de Mercedes van Valtteri Bottas achter zich houden, wat de Fin achteraf gezien mogelijk een podium heeft gekost. Hoe kon zoiets gebeuren in een sport waar honderden miljoenen in omgaan? FIA-wedstrijdleider Michael Masi geeft tekst en uitleg. "Het simpele deel van de uitleg is dat de dataserver was gecrasht", zo laat de Australiër optekenen tegenover de media, waaronder Crash.net. " De timing deed het nog, maar toen de server crashte hebben we de DRS-functie meteen uitgeschakeld totdat we 100% zeker waren dat alle systemen weer goed werkten." Is er dan geen back up-systeem? Jawel, meent Masi, maar dat werd niet meteen in gebruik genomen: "Eerst wilden we het probleem identificeren. Vervolgens moesten we zorgen dat het systeem stabiel was, stabiel genoeg om er zeker van te zijn dat alle data correct was." "Zodra dat het geval was hebben we DRS weer terug in werking gesteld", aldus de wedstrijdleider, die toegeeft dat het de eerste keer was sinds de introductie van het Drag Reduction System in 2011 dat er zulke problemen optraden.
Meest gelezen