Hoe het overschrijden van de budgetlimiet tot betere F1-prestaties kan leiden

De FIA heeft de resultaten bekendgemaakt van de controles van de budgetten van de teams voor 2021 met inachtneming van het budgetplafond van 145 miljoen dollar. Acht teams bleven binnen de door het reglement opgelegde limieten. Bij Aston Martin en Red Bull werden respectievelijk een procedurele overtreding en een kleine overtreding vastgesteld, wat voor laatstgenoemde een overschrijding van minder dan 5% van het toegestane budget betekent. Voor Aston Martin dreigt een zuiver economische sanctie, maar voor Red Bull is de situatie veel complexer. Het scala vaan mogelijke sancties is zeer breed, met de mogelijkheid dat er naast financiële ook sportieve sancties worden opgelegd. Van de andere teams hebben Ferrari, maar vooral Mercedes en McLaren al verklaard dat zij sancties verwachten die de effectiviteit van het budgetplafond en de naleving ervan garanderen. De exacte bedragen inde Red Bull-kwestie zijn nog niet bekendgemaakt. Het is duidelijk dat, afhankelijk van de omvang van de overtreding, het daaruit voortvloeiende technische voordeel groter of kleiner is en dit vormt in feite de maatstaf waarop de FIA en de jury de toe te passen straffen zullen moeten afstemmen. Het lont de moeite in detail te treden, want hoewel technische en/of sportieve fraude al snel zichtbaar een voordeel oplevert, is de directe impact van een inbreuk op het financiele reglement op de prestaties veel minder groot. Het hebben van een extra budget kan, uiteraard afhankelijk van de hoogte van dat bedrag, veel meer operationele vrijheid voor het team in kwestie mogelijk maken, ook op het gebied van personele middelen. Sterker nog, op strategisch niveau kan dit zelfs de meest relevante factor zijn. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om met 1 miljoen euro extra 8 extra ingenieurs in dienst te nemen en zo zowel de ontwerpfase als de analyses voor de ontwikkeling van de auto te versnellen.

Financiële doping

We kunnen wel stellen dat een verhoging van het budget niet te allen tijde meer update garandeert. Maar het ontwikkelproces kan wel worden versneld, waardoor aanpassingen aan de auto sneller kunnen worden doorgevoerd. Ga je zelfs met twee miljoen over de limiet heen, dan kan je nóg meer personeel aan het werk houden en kan de frequentie van de updates daadwerkelijk worden opgeschroefd. Met drie miljoen euro meer kan je vijf aanvullende versies van een vloer in introduceren, een onderdeel waar in 2022 veel aandacht naar uitging. In principe maakt elk miljoen meer een upgrade mogelijk, evenals het op meer regelmatige basis vervangen van onderdelen. Dat betekent dat bijvoorbeeld ook niet-aerodynamische onderdelen, zoals de wielophangingen, kunnen worden gewijzigd om het totaalgewicht van de auto te doen afnemen. Het ligt althans voor de hand om je te richten op het verlagen van het gewicht, wat kan worden bereikt door een andere weving van de vezels van de vloer, vleugels en andere delen van het bodywork. Een complexe analyse ligt aan de basis van zo'n upgrade. Een goed gevonden idee kan een duidelijke verbetering van de prestaties teweegbrengen. De gewichtskwestie was in feite een van de meest relevante ontwikkelingen gedurende het huidige seizoen, waarin veel auto's met meer dan tien kilogram overgewicht werden geboren. De mogelijkheid om over te gaan tot een radicale verlichting, wat financieel gezien uiterst kostbaar is, kan worden gecreëerd dankzij een nauwkeurige toewijzing van de budgetten in het vorige seizoen. In de praktijk wordt een deel van het vorige budget aan het volgende project besteed, omdat de beginfase van elk project al een jaar voor het daadwerkelijk F1-seizoen begint. In feite kan er gesteld worden dat het financiële plaatje dat bij de FIA wordt ingediend betrekking heeft op de gehele activiteit die het team gedurende het jaar heeft verricht, en dus ook op de ontwerpfase van de volgende auto. Het lijkt dus duidelijk dat het voordeel dat voortvloeit uit een overschrijding van het budget in het ene jaar evengoed tot uiting komt in het volgende jaar. Het levert dus een stabiel voordeel op de middellange termijn op, d.w.z. gedurende ten minste twee opeenvolgende seizoenen. Het is alsof de positieve prestatie-effecten voor een sporter die doping heeft gebruikt veel langer blijven bestaan dan enkel gedurende de periode waarin het feit zich heeft voorgedaan.