Daniel Ricciardo was ooit één van de meest gewilde coureurs op de grid. Hij werd in verband gebracht met Mercedes en Ferrari, maar koos achtereenvolgens voor avonturen bij Renault en McLaren. Bij laatstgenoemde team kwam hij, op die ene verrassende zege in de Grand Prix van Italië in 2021 na, nooit uit de verf. Vooral in 2022 weet hij de weg naar voren niet te vinden en moet hij steevast zijn meerdere erkennen in Lando Norris. Het is om moedeloos van te worden, zou je zeggen en Ricciardo kan dat alleen maar beamen. Soms weet hij het gewoon allemaal even niet meer, zo vertelt hij in gesprek met The Race . Hij heeft gewoon niet de beschikking over een auto die hij naar zijn hand weet te zetten. Voor een coureur die normaal gesproken op zijn gevoel rijdt is dat even vermoeiend als frustrerend. "Normaal kom je bij een bocht aan en ben je met je gedachte al bij het uitaccelereren van die bocht. Maar nu is het vaak zo dat ik denk 'ok, nu zit ik in aanremzone, nu moet ik daadwerkelijk de bocht om en nu kan ik weer gas geven'. Het is haast alsof ik de bocht neem volgens vijf stappen, terwijl het er één zou moeten zijn. Maar ik ben voortdurend aan het reageren op wat de auto doet en het is voor mij lastig om te weten wat me te wachten staat bij de volgende apex."
"Hebben we de ene hindernis overwonnen, dient de volgende zich al aan"
Gaat het dan altijd zo? Nee: "Soms probeer ik te vertrouwen op de auto zonder het onnodig gecompliceerd te maken voor mezelf. Dan kom ik aan bij de apex en denk ik 'hoe ben ik hier nou werkelijk terecht gekomen?'" Aan de andere kant van de pitbox ziet hij teamgenoot Lando Norris dingen doen die hij met de auto niet kan: "We beschikken over zoveel data en ik kijk naar de onboardbeelden van Lando. Als ik dan zie wat hij kan, dan denk ik vaak alleen maar 'ok, ik zie het jou doen, maar ik kán dat niet. Ik kan me dan alleen maar afvragen waarom dat ding niet stuurt." "Hetzelfde geldt voor racestints, waarin je normaal wel het één en ander uit kan balanceren. Lando kan dan ooit benoemen waar de auto echt tot leven kwam voor hem, terwijl ik denk 'ik heb dat gevoel nooit gehad'. Dan zijn er momenten waarop ik denk dat er echt iets loos is, omdat dat wat er gebeurt gewoon niet meer normaal is. Maar het is duidelijk dat we dat nog niet de baas zijn." Soms lijkt het erop dat McLaren en Ricciardo tezamen het lek boven beginnen te krijgen: "Maar als je dan de ene hindernis hebt overwonnen, wordt gedurende het volgende weekend de volgende hindernis opgeworpen. Het voelt dan alsof we in een hamsterrad aan het rennen zijn." Overigens kijkt Ricciardo ook in de spiegel: "Ik ben me ervan bewust dat ik niet perfect ben. Ik heb mijn zwakheden. Helaas legt deze auto die zwakheden des te meer bloot. Dat is best vernederend, maar er zijn gebieden waar ik aan mezelf kan werken." "Ondertussen schreeuwt de meer zelfzekere kant van mezelf het uit: 'Geef me een winnende auto en ik win er verdomme mee!'"
Meest gelezen