Interview: Kevin Magnussen, racende liefhebber die vooral zichzelf wil zijn

Een kleine zestien jaar nadat vader Jan gedwongen de F1 moest verlaten omdat diens resultaten te wensen over lieten, maakte zoonlief Kevin zijn entree. Namens McLaren wist de jongste van de twee Magnussens in zijn debuutrace direct een podiumplaats te bemachtigen. Via de stal uit Woking en een kort dienstverband bij Renault kwam de nu 26-jarige terecht bij Haas, waarvoor hij sinds het begin van 2017 zijn rondjes draait. Achter het stuur van de Haas is Magnussen veroordeeld tot het draaien van rondjes in de middenmoot, aangezien de wagen gewoonweg niet mee kan komen met de bolides van de topteams. K-Mag , zoals zijn bijnaam luidt, introduceerde afgelopen seizoen de term ‘B-kampioenschap’, om de strijd met de overige teams buiten de top drie aan te geven. In dat 'B-kampioenschap' werd hij overigens keurig derde.

Jan Magnussen als twintiger met zijn zoontje Kevin, foto omstreeks 1995. Vier complete seizoenen draait Magnussen mee in de Formule 1, en dat wat hem het meeste is tegengevallen in die jaren is de hoeveelheid politiek en commercie die er bedreven wordt. “Het draait hier allemaal om geld”, verzucht Magnussen lachend als hij de tijd neemt voor een gesprekje met Racingnews365 . “Zodra ik mijn helm op zet en in de wagen stap heb ik er geen last meer van, maar zodra je er weer uitstapt begint het weer. Het hoort er denk ik bij, maar ik geniet er niet heel erg van.” De Haas-rijder had waarschijnlijk veel beter kunnen renderen in de jaren '60, tussen grote namen als Graham Hill en Jackie Stewart. Kameraadschap stond hoog in het vaandel en races werden nog op het scherp van de snede afgewerkt. “Ik ben heel erg geïnteresseerd in het verleden van de sport”, valt er een twinkeling in de ogen van Magnussen waar te nemen terwijl hij van wal steekt. “Die tijden vind ik ongelooflijk fascinerend. Volgens mij was het toen een stuk leuker: de zakelijke kant was veel minder prominent, er ging lang niet zoveel geld om in de sport. Je was overdag aan het racen en zat ’s nachts achter de vrouwen aan. Wat een tijd!” Stirling Moss is wat dat betreft een van de voorbeelden van Magnussen. De Deen beschouwt de legendarische Brit, die overigens nimmer wereldkampioen werd, als een van de allerbeste Formule 1-coureurs aller tijden. “Die man reed tachtig races per jaar!”, lacht Magnussen. “Hij was écht gepassioneerd, het maakte hem niet uit met wat er werd gereden of op welke ondergrond de wedstrijd werd gehouden. Ik vind die instelling geweldig.” Destijds deden de coureurs het voornamelijk voor de lol, en een beetje voor het prijzengeld, meent Magnussen. “Moss kreeg een keer driehonderd pond voor een gewonnen race en daarvan betaalde hij zijn brandstof om naar de volgende plaats te rijden, waar hij zou racen!” Voor iemand die nog maar 26 jaar oud is, heeft Magnussen bijzonder veel paddocks gezien. Als vaste aanhanger van vader Jan reisde Kevin in zijn jeugdjaren mee naar de wedstrijden. “Zodoende had ik al een goed beeld van Formule 1 toen ik heel erg klein was en daarom heb ik nooit echt verwachtingen gehad, zoals andere coureurs dat misschien wel hadden. Misschien had ik wel gehoopt dat het een beetje minder commercieel was allemaal en iets meer eens sport”, benadrukt de K-Mag .

Kevin Magnussen

Soms moet je coureurs vergelijken met artiesten, of kunstenaars: ze hebben ruimte nodig om tot briljante dingen te komen

Tegenwoordig staat Magnussen enigszins bekend als de ‘bad boy’ van de Formule 1. De nummer negen van het wereldkampioenschap van 2018 lijkt veel beter in zijn vel te zitten sinds Haas hem in dienst nam. “Dat is ook wel zo, al doe ik niets speciaals, ofzo. Ik ben gewoon mezelf, heb niets extra’s toe te voegen om mezelf beter voor te doen. Sommige mensen vinden dat een fijne instelling en sommigen vinden het helemaal niets, maar ik kan daar niet zo heel veel aan veranderen.” Het keurige Deense jochie dat uit de McLaren-opleidingsklas naar de Formule 1 mocht promoveren, is verdwenen. Met een volle baard en een arm vol tatoeages komt Magnussen over als een heuse 21 ste eeuwse Viking. Het keurslijf van McLaren had hem behoorlijk in zijn macht, zo geeft de Haas-rijder ruiterlijk toe. “McLaren verwachtte een bepaald gedrag van ons (opleidingscoureurs, waaronder Nyck de Vries en Stoffel Vandoorne, red.), een bepaalde houding. Ze creëerden als het ware een coureur.” “Lewis Hamilton is het perfecte voorbeeld van een rijder die totaal niet kon aarden bij McLaren", analyseert Magnussen de vijfvoudig wereldkampioen, die sinds 2013 voor het team van Mercedes uitkomt en sindsdien kan doen en laten wat zijn hartje begeert. "Vrijheden werden Lewis ontnomen. Soms moet je coureurs echter vergelijken met artiesten, of kunstenaars: ze hebben juist ruimte nodig om tot briljante dingen te komen. Als je een rijder een sticker opplakt die hij niet weg mag halen, dan kan het lastig verhaal worden. Natuurlijk mis ik de mensen die bij McLaren werken weleens en heb ik niet te klagen over mijn tijd daar, maar voor mijn persoonlijke groei is het goed dat ik niet meer aan het team verbonden ben.” Magnussen heeft op meerdere punten rust gevonden op het persoonlijke vlak. Naast de zelfontplooiing die mogelijk werd gemaakt door Haas, heeft de K-Mag nu ook eindelijk een 'thuis'. Magnussen verkaste aan het begin van dit jaar van Kopenhagen naar Dubai, omdat die stad volgens hem makkelijker was om de wereld te bereizen. Na acht maanden had Magnussen echter genoeg van de Emiraat, om zich in de Britse hoofdstad Londen te vestigen. “Nu voel ik me echt op mijn plek”, meent de 26-jarige. “Ik had een thuishaven nodig, en die heb ik nu.” Met een nieuw thuis en een familiaire sfeer bij Haas om zich heen lijkt Magnussen zich te ontpoppen tot een van de meubelstukken van de Formule 1. Haas gelooft in de rijvaardigheid van de Deen, die ook de komende twee seizoenen uit zal komen voor de Amerikaanse stal. En laten we wel wezen: de échte Magnussen is, gezien zijn prestaties én zijn persoonlijkheid, een zeer gewenste toevoeging voor de af en toe zo steriele koningsklasse.