Eerst even alles op een rijtje: Kimi Raikkonen maakt in 2001 zijn Formule 1-debuut voor het team van Sauber. De Fin blinkt in zijn eerste jaar dusdanig uit, dat McLaren hem contracteert voor 2002. Bij de stal uit Woking werkt Raikkonen vijf succesvolle seizoenen af, in zowel 2003 als 2005 komt hij net tekort voor de wereldtitel. Dat kampioenschap wordt in 2007 wél gescoord, zij het namens Ferrari. In het rood van de Italiaanse stal werkt Raikkonen drie seizoenen af alvorens hij gedwongen afstand moet nemen van de koningsklasse. Ferrari gaat eind 2009 namelijk in zee met Fernando Alonso. De tweevoudig wereldkampioen moet de Scuderia aan nieuw succes helpen, de Italianen hebben er weinig fiducie in dat Raikkonen zijn prestatie van 2007 kan herhalen. Zodoende wordt het lopende contract van de Iceman afgekocht en komt de Fin zonder stoeltje te staan - een late onderhandeling met McLaren draait op niets uit, omdat Raikkonens voormalige werkgever de handen ineen slaat met Jenson Button en bovendien beschikt over de diensten van Lewis Hamilton. Tekst gaat verder onder foto
Raikkonen besluit zich op rallyrijden te storten en dat gaat met vallen en opstaan. De Fin is ontegenzeggelijk snel, maar rijdt ook behoorlijk wat schade. Na twee jaar is de koek op en begint de wereldkampioen van 2007 voorzichtig te hinten naar een terugkeer in de Formule 1. Ferrari is bezet, McLaren ook; Mercedes heeft evenmin ruimte voor het ijskonijn. Ondanks de vele vergeven plaatsen is er toch nog ruimte voor de populaire rijder, met dank aan Lotus. Het voormalige Renault-team moet het in 2011 stellen met Vitaly Petrov en Nick Heidfeld, die laatstgenoemde wordt na de zomerstop vervangen door Bruno Senna. Geen van de drie rijders weet een onuitwisbare indruk achter te laten. De reden dat Heidfeld, en later Senna, überhaupt in de Lotus mogen rijden, ligt bij de in de lead genoemde Robert Kubica. De Pool is in 2010, als de renstal nog onder de noemer Renault opereert, als absolute kopman aan het team verbonden. Meermaals zet de enkelvoudig racewinnaar prestaties neer die liefhebbers voor onmogelijk hadden gehouden. De Renault van 2010 is geen wonderwapen, desondanks krijgt Kubica het in een zeer competitief deelnemersveld (met onder anderen Button, Hamilton, Vettel, Schumacher, Nico Rosberg en Mark Webber) voor elkaar om driemaal naar het podium te rijden. Kubica's bovengenoemde langdurige afwezigheid wordt veroorzaakt door een verschrikkelijk ongeval. De Pool rijdt begin februari mee in de Ronde di Andora-rally in Noord-Italië (ja, Andora is een plaatsje in Italië, niet te verwarren met de mini-staat Andorra die ingeklemd wordt door Frankrijk en Spanje), om zijn stuurmanskunst op peil te houden in de winterstop. Op de laatste dag van de rally slaat Kubica met zijn wagen te pletter tegen een vangrail. Het gevolg: een misvormde arm, doordat de vangrail dwars door de wagen én de rechterarm van Kubica is gesneden. Tekst gaat verder onder foto
Kubica kan de (uitgestelde) start van het F1-seizoen 2011 op zijn buik schrijven en naar mate het seizoen vordert wordt duidelijk dat de verwondingen dusdanig ernstig zijn, dat het nog wel veel langer kan duren voor Kubica terugkeert - als hij überhaupt ooit terug kan keren. Zoals beschreven fungeren Kubica's voormalig teammaat Heidfeld en later Lotus-reserverijder Senna als tussenpauzen, maar Lotus wil meer. Testrijder Romain Grosjean laat mooie dingen zien in de GP2 en solliciteert openlijk naar een plekje (eentje die hij ook daadwerkelijk zou krijgen), een echte teamleider ontbreekt nog. Als Lotus Kubica polst voor een comeback in 2012 blijkt dat de Pool nog véél te veel last ondervindt van zijn tijdens de rallycrash opgelopen verwondingen. Doordat Kubica verstek moet laten gaan, opent er een deur voor Ferrari-verschoppeling Raikkonen. Na twee jaar rondtollen in rallywagens (hoe ironisch, gezien het lot van Kubica) is de Fin klaar voor een herintrede in de sport waarvan hij óp de baan zoveel houdt, maar naast de baan een grondige hekel heeft. Eén en één vormt ook in het najaar van 2011 twee en zo wordt kan de inkt op het contract van Raikkonen worden gedrukt. Kubica's ongeluk is dus min of meer een redding voor Raikkonen geweest: in het eerste jaar van Raikkonens tweede Formule 1-carrière laat de Fin direct zien nog altijd tot een van de beste rijders ter wereld te behoren. In zijn vierde race belandt de Fin al op het podium (tweede in Bahrein), om later in het jaar nog meer zilverwaar aan de bokalenkast van Lotus toe te voegen. Tegen het einde van het jaar wordt er in Abu Dhabi zelfs gewonnen. Het is uiteraard koffiedik kijken, maar als Kubica geen nee had gezegd en in 2012 al had kunnen rijden, was er bij Lotus geen plaats geweest voor Raikkonen. Aangezien meerdere teams hun line-up voor het volgende jaar al gereed hadden in het najaar van 2011 rijst de vraag of de Fin überhaupt terug had kunnen keren, als Kubica zeven jaar eerder zijn comeback had kunnen maken. Misschien had Raikkonen de slag wel gemist - als de Iceman ook het jaar 2012 over had moeten slaan, was hij er immers drie achtereenvolgende seizoenen uit geweest. Goed, as is verbrande turf en zowel Raikkonen als Kubica rijdt in het F1-jaar 2019 - voor de eerste keer in tien jaar overigens samen.
Meest gelezen