Aston Martin, voorheen Racing Point, kennen we de laatste jaren voornamelijk van de Mercedes-kopie, waarmee ze aan kwamen zetten tijdens de testdagen in 2020. De titelwinnende Mercedes W10 van 2019 leek plots in een roze jasje te zijn gestoken en bij het Mercedes-klantenteam te zijn beland. De concurrentie was stomverbaasd, sommigen gingen in protest en uiteindelijk werd Racing Point bestraft voor het kopiëren van de Mercedes-brake ducts, die niet helemaal van eigen makelij waren terwijl dat wel moest. Toch mochten ze deze nog wel blijven gebruiken gedurende het 2020-seizoen. De boete (400.000 euro) en het puntenaftrek (15 WK-punten) namen ze op de koop toe, want met het Mercedes-concept gingen ze lekker en werden ze vierde in het klassement. Zonder die 15 punten aftrek waren ze zelfs derde geweest. In 2021 kwam het team, dat vanaf dat seizoen verder ging als Aston Martin, met haar eigen brake ducts, maar leek de auto verder nog steeds sterk op die van Mercedes. Als enige twee teams met een lage rake werden ze echter hard geraakt door de nieuwe technische veranderingen. Aston Martin ging ten onder en eindigde als zevende in het klassement.
Aston Martin nog steeds Mercedes-klant
Dit jaar zullen we waarschijnlijk niet twee nagenoeg gelijke concepten zien als we kijken naar de Aston Martin- en de Mercedes-bolide. Alleen aan de achterkant van de bolide zien we nog overeenkomsten. Het team van Sebastian Vettel en Lance Stroll krijgt namelijk niet alleen de motor geleverd van Mercedes, ook de versnellingsbak en de achterwielophanging koopt men in bij de kampioenen. Dat bevestigt de technisch directeur Andy Green van Aston Martin in gesprek met onder meer RacingNews365 . "We hebben voor de achterkant van Mercedes gekozen, omdat het een mooi pakket is. We hebben eerder al alleen de versnellingsbak ingekocht, om vervolgens onze eigen achterwielophanging te ontwerpen. Die twee moet je dan goed samenwerkend krijgen." Maar voor de AMR22 koos men ervoor om wel de versnellingsbak en de achterwielophanging in te kopen bij Mercedes. "Dat leek ons het juiste om te doen. Zo hebben we de Mercedes-achterwielophanging die vast zit aan de Mercedes-versnellingsbak waar deze voor ontwikkeld is (want de ophanging staat in connectie met de behuizing van de versnellingsbakhuls). Zo simpel is het."
Aston Martin wil tegelijkertijd meer vrijheid
Toch blijft het alleen daarbij. Verder wilde Aston Martin zichzelf zo veel mogelijk vrijheid gunnen, vertelt Andy Green. "Op alle andere vlakken willen we graag zo vrij mogelijk zijn. De voorwielophanging hadden we in kunnen kopen bij Mercedes, maar dan moet je daar op wachten en pas dan kan je aan het chassis beginnen." "Dat wilden we niet, zeker als je naar de tijdlijn kijkt. Dan hadden we ons chassis eerder af moeten hebben en dat lukte ons niet", aldus Green.
Meest gelezen
