Dan hebben we het natuurlijk niet over de honderdduizenden euro's kostende simulator zoals die in de Red Bull-fabriek in Milton Keynes staat, maar we hebben het over een installatie voor thuis. Voor een paar duizend euro kun je klaar zijn. Toegegeven, goedkoop is het alsnog niet, maar het valt in het niet bij het geld dat je kwijt bent aan het opzetten van een echte racecarrière. Bovendien, door de groeiende belangstelling voor het online racen, kun je de groten der aarde ook online treffen. Maar wat heb je nodig om een beetje op niveau te simracen? Allereerst een krachtige PC, die in staat is om te voldoen aan de toenemende grafische eisen van de moderne simulatiegames. Moet je dan de krachtigste van de krachtigste machine hebben? Nee, de die-hard simulatiegames zetten sowieso meer in op realistisch rijgedrag van het grote assortiment aan auto's dan aan graphics. Met een euro of 1200 kom je een heel eind. Natuurlijk wil je alles fraai kunnen weergeven op één of meerdere schermen. Ook hiervoor geldt dat deze moeten zijn opgewassen tegen de grafische eisen van de games die je speelt. Hoe meer beeldjes per seconde jouw scherm weer kan geven, hoe soepeler de game-ervaring wordt. Reken op een prijskaartje van zo'n € 200,- per scherm. Goed, de hardware om de games mee te draaien heb je, nu nog iets om de auto's mee het circuit rond te sturen. Een stuurwiel in combinatie met pedalen is natuurlijk een must! Een gamepad kan ook, maar doet afbreuk aan de echte race-ervaring. De laatste jaren heeft de techniek op dat gebied een vlucht genomen en de keuze is reuze. Je kan het zo bont maken als je zelf wilt, maar voor vijfhonderd euro kan je heel aardig shoppen.
Als je een race-stoeltje erbij wilt kopen, staat je dat natuurlijk vrij, maar om geld te besparen kan je ook een beroep doen op een stevig stoel die je al jaren gebruikt. Een bureaustoel is af te raden, je wil immers niet wegrollen als je flink wat druk zet op de pedalen. Bij de keuze voor de juiste games, kun je je laten inspireren door Max Verstappen. Hij zweert bij rFactor 2 en iRacing, beide zeer hoog aangeschreven simulatiegames. rFactor 2 koop je voor een paar tientjes, terwijl je voor iRacing maandelijks geld kwijt bent voor een lidmaatschap, maar ook dat blijft beperkt tot hooguit een paar tientjes per maand. Ga je alle content voor deze game najagen, dan kan het echter al snel in de klauwen lopen. De games uit de F1-reeks zijn een leuke aanvulling op de collectie voor de echte Formule 1-fan, maar worden niet beschouwd als echte simulatiegames. Die spellen zijn meer gericht op de allround gamer, om zoveel mogelijk mensen met verschillende speelniveau's te kunnen bekoren. Na de releasedatum van zo'n game loopt de aanschafprijs al gauw terug tot zon € 20,-. Als je dan alsnog wat spaarcenten over hebt, kun je altijd overwegen om een headset aan te schaffen, handig om ieder ander in huis niet gek te maken met jouw motorgebrul en handig om Lando Norris de huid mee vol te schelden als hij je 'per ongeluk' van de baan beukt. Want dat is het mooie aan online racen. Iedereen komt er tezamen. Er is voor iedereen plek, van amateurs tot door de wol geverfde Formule 1-routiniers. Online racen kan bovendien een mooie manier van tijdverdrijf zijn op het moment dat je verplicht binnen moet zitten. En dat voor 'slechts' een paar duizend euro. Qua kosten kan je het zo gek maken als je zelf wilt, zeker als je bijvoorbeeld op zoek gaat naar speciale windmachines en speelmatten die in jouw stoel tegendruk bieden in de bochten, maar wil je de prijs toch wat drukken, dan loont het de moeite om naar goede tweedehands apparatuur te speuren.
Meest gelezen