Als je naar de opbouw van de autosportcarrière van Nyck de Vries kijkt, dan lijkt zijn afgewerkte route verrassend veel op die van vele coureurs die het tot de koningsklasse van de autosport hebben geschopt. Op jonge leeftijd begon hij namelijk in de karts , waarna de deur richting de Formule 1 al heel vroeg in zijn carrière open leek te komen staan. Toen de jonge Sneker nog kartte kwam hij op 15-jarige leeftijd op de radar van het grote McLaren terecht, dat hem in 2010 bij het juniorprogramma haalde. Vervolgens beklom De Vries langzaam maar zeker de autosportladder. Via de Formule Renault 2.0, de Formule Renault 3.5 en de GP3-series stond hij op het punt om de Formule 2 binnen te rollen, maar dat ging niet van een leien dakje, zo vertelt hij. "Toen ik in 2010 mijn contract met McLaren tekende, waren de verwachtingen heel hoog. Zij waren een van de dominerende teams in de Formule 1, maar verloren al snel na mijn komst veel terrein. Mensen werden ontslagen, sponsoren liepen weg en ook het team zakte terug naar het achterveld van de Formule 1." "Ondertussen kon ik niet laten zien wat ik moest laten zien, waarna het McLaren-management, dat eind 2016 was veranderd, besloot om mijn carrière niet meer te sponsoren en mij uit het McLaren-programma haalde. Precies op dat moment stond ik aan de vooravond van de grootste stap van mijn carrière; de overstap naar de Formule 2." Tekst gaat verder onder de afbeelding
"Plots stond ik voor mijn grootste uitdaging ooit en moest ik voor het eerst in mijn carrière op zoek naar sponsoren, want ik kom niet uit een omgeving die mij op die manier financieel kan ondersteunen. Een week voor mijn eerste test in de Formule 2 was het nog niet eens zeker of ik mijn budget rond zou krijgen." Uiteindelijk wist De Vries het benodigde geld bijeen te rapen, waardoor hij in 2017 zijn Formule 2-debuutseizoen inging met het Italiaanse team genaamd Rapax. Ook dat huwelijk was er een dat door geldproblemen werd geteisterd, zo vertelt hij: "Mijn eerste seizoenshelft in de Formule 2 stond in het teken van overleven." "Het team had zware financiële problemen en veel mensen vertrokken, omdat ze niet werden betaald. Halverwege het seizoen vertrok ik naar een ander team, dat eigenlijk niet eens onze eigen beslissing was, maar achteraf gezien was dat wel de meest beslissende periode van mijn carrière." De Vries maakte zijn debuutseizoen vervolgens af bij Racing Engineering, alvorens hij in 2018 neerstreek bij het Prema-team. Daar was het verwachtingspatroon hoog, heel hoog. Zowel in 2016 (Pierre Gasly) als in 2017 (Charles Leclerc) was een Prema-coureur namelijk Formule 2-kampioen geworden. De Nederlander geeft toe dat hij het lastig had om met die druk om te gaan: "Op de momenten dat de druk toenam, voelde ik dat het team, na twee seizoenen gedomineerd te hebben, niets anders accepteerde dan de winst. Toen we in Bahrein, tijdens het eerste raceweekend van het seizoen als vierde kwalificeerde, voelde het alsof we het kampioenschap hadden verloren", zo vertelt hij. Tekst gaat verder onder de afbeelding
Toch deed De Vries in 2018 lang mee om de drie bovenste plekken in het Formule 2-kampioenschap, maar door een opeenstapeling aan fouten kon hij nooit echt voor de titel gaan: "We verkeerden zeker in een positie om voor de titel te vechten, maar we maakten te veel fouten om er vol voor te kunnen gaan. Daardoor liepen we al vroeg in het seizoen achter de feiten aan, waardoor ik ging forceren en alleen maar nog meer fouten maakte." Uiteindelijk eindigde hij als vierde in het kampioenschap, zeer dicht achter nummer drie Alexander Albon: "Het was zeer jammer en vooral ook pijnlijk dat de complete top drie van dat seizoen (Russell, Norris en Albon, red.) promoveerde naar de Formule 1. Zeker in de wetenschap dat ik bij één fout minder tweede was geworden in de eindstand van het kampioenschap." Een derde seizoen in de Formule 2 volgde. Dit moest en zou het jaar worden van de jongeman uit Sneek: "Ik ben ART zeer dankbaar voor de kans die ze mij in 2019 hebben gegeven. Het voelde als thuiskomen. Het team had een andere werkwijze dan Prema. Het zijn echte raceliefhebbers die samen met mij mijn doelen wilden verwezenlijken." "Die aanpak heeft mij dit jaar heel erg geholpen en veel succes gebracht", aldus De Vries, al doelend op het winnen van de Formule 2-titel, die hij dit seizoen met nog één raceweekend te gaan in Rusland al in de wacht wist te slepen. Het opende helaas geen deuren naar de Formule 1, die droom lijkt hij ondertussen namelijk op te hebben gegeven. Maar dat wil niet zeggen dat de autosportcarrière van de nog steeds slechts 24-jarige coureur als een nachtkaars uit zal gaan. Integendeel. Hij combineerde zijn Formule 2-avonturen sinds de zomer van 2018 al met het World Endurance Championship, waar hij namens Racing Team Nederland uitkomt en ook verrichte hij aanzienlijk wat werk in de simulator van het Formule 1-team van Mercedes. Bij die Duitse autofabrikant viel hij blijkbaar in positieve zin op, want toen Mercedes besloot in te stappen in de Formule E, het elektrische neefje van de Formule 1, werd De Vries aangetrokken als een van de coureurs die Mercedes-Benz EQ successen moet gaan brengen. Op die manier is de carrière van de Nederlander na een periode met pieken en dalen alles behalve doodgebloed, maar is deze juist levendiger dan ooit. Ook al zal De Vries mogelijk nooit in de Formule 1 uitkomen, er lijkt voor hem toch echt nog een lange en succesvolle autosportcarrière in het verschiet te liggen. Houdt de FIA de hand boven het hoofd van Ferrari? Hoor daarover meer in de nieuwste F1-podcast van RacingNews365, met F1-journalisten Ruud Dimmers, Jan van der Burgt en gastheer Jeroen van Inkel.
Meest gelezen
