Waarom maakt leeftijd zoveel uit in de sport? Goed, op een gegeven moment kan het lichaam bepaalde fysieke prestaties niet meer opbrengen, maar om een 35-jarige topsporter te betitelen als ‘oud’ gaat me toch wat ver. Valentino Rossi is 40 jaar oud en wordt daar ongeveer wekelijks op gewezen. Kimi Raikkonen is 39 jaar oud en kreeg vijf jaar geleden al vragen over wanneer hij zijn helm aan de wilgen hangt. Het tweetal bewees tijdens hun races van het afgelopen weekend, respectievelijk de MotoGP-wedstrijd in Argentinië en de F1-race in Bahrein, wederom geen last te ondervinden van hun so called sportbejaardheid. Eigenlijk is het volkomen idioot, als je erbij stilstaat. Coureurs en rijders met een leeftijd boven de (pak ‘m beet) 35 worden gelabeld als oud. Dát, terwijl ze in theorie op nog maar op een derde van hun leven kunnen zijn. De babyboom in de Formule 1, de tijd waarin meerdere tieners hun entree mogen maken, heeft ervoor gezorgd dat de iets oudere rijders weg worden gezet als seniele bejaarden. Oneerlijk, aangezien ze wekelijks aantonen met de creme de la creme van hun sport mee te kunnen komen.
Hand in hand met de trend dat jonge rijders de Formule 1 binnenwandelen – tegenwoordig met bosjes tegelijk, de gemiddelde leeftijd ligt al jaren onder de 30, iets wat vroeger als onmogelijk werd geacht - is er een soort diskrediet voor de ‘oudere’ sporter ontwikkeld. Toen Raikkonen moeite had om zijn Ferrari naar de topplaatsen te sturen, omtrent 2014, werd de Fin al naar zijn sportpensioen verwezen. Rossi overkwam hetzelfde toen hij een aantal jaren eerder niet uit de voeten kwam op een Ducati. En kijk nu eens: Rossi, 40 jaar oud, werd ‘gewoon’ tweede in Argentinië. Raikkonen, tegenwoordig voor het B-team van Ferrari, Alfa Romeo, reed in Bahrein wederom naar een sterke puntenfinish. Er wordt in geval van foutjes snel afgegeven op een ‘oudere’ rijder vanwege zijn leeftijd, maar je zou verwachten dat de oudere rijder juist vanwege ervaring van enorm belang voor een team kan zijn. Credo: het mag weleens afgelopen zijn met dat gezeur om leeftijden. Neem Mario Andretti. Bij gelegenheid hang ik zo af en toe met hem aan de telefoon, en elke keer vertelt de Amerikaanse racelegende het maar ‘idioot’ te vinden dat veertigers niet serieus worden genomen. “Ik won op mijn 38ste een F1-titel en dacht toen écht niet aan stoppen”, vertelde hij. Dat blijkt uit de geschiedenisboeken: Andretti reed nog tot diep in de jaren ’90 (let wel, hij werd in 1978 wereldkampioen F1) mee in de Amerikaanse racerij. Volgens Romain Grosjean is het een fase. Hij verzekerde me dat de gemiddelde leeftijd – ondanks dat deze nog nooit zo laag is geweest als tegenwoordig – wel weer omhoog zal schieten, dat de lading ‘oudere’ debutanten rap de sport binnen zal wandelen. “Ik ben nu 32, bijna 33 en denk dat ik zeker nog zeven jaar mee kan in deze sport”, sprak hij. NASCAR-legende Jimmie Johnson (43) stapte eind november in een F1-wagen op een circuit dat hij niet kende (Bahrein) en was slechts een handjevol tienden langzamer dan de veelgeprezen Fernando Alonso. Johnson sprak kort daarvoor: “Waarom zeurt iedereen vanwege Raikkonens leeftijd? Hij heeft kortgeleden nog een race gewonnen, dan ben je wat mij betreft écht snel genoeg, hoor.” Na Raikkonen en Rossi zijn respectievelijk Lewis Hamilton (34) en Cal Crutchlow (33) de oudsten van de velden. Waanzinnig eigenlijk, dat er zo rap naar jong talent wordt gegrepen dat er zo’n groot gat tussen de oudste en de op één na oudste deelnemer zit. In de tijd dat de wagens nog véél gevaarlijker waren, de circuits nog voor echte kerels en de veiligheidsvoorzieningen niet meer dan een handjevol strobalen en een baanpost met twee keuvelende locals erin, snelden veertigers als Juan Manuel Fangio en Jack Brabham naar overwinningen en titels. Michael Schumacher bewees in 2012 nog (43 jaar oud) dat pole trainen in Monaco niet alleen voor twintigers en jonge dertigers is bestemd.
u_HOUdyBwKw
Michael Schumacher trainde op zijn 43ste nog naar de poleposition in Monaco Laten we vooral genieten van de prestaties van jonge honden als Charles Leclerc en Max Verstappen, maar ‘ouderen’ hun krediet ook geven. Leeftijd is toch immers onbelangrijk, zolang je geen kaas bent?
Meest gelezen
