Romain Grosjean is de laatste F1-coureur die geschorst is geweest. Directe aanleiding was de startcrash die hij veroorzaakte tijdens de GP van België in 2012. Hij schakelde in één klap twee wereldkampioenen (Lewis Hamilton en Fernando Alonso) en Sergio Perez uit. Zijn eigen auto scheerde rakelings langs het hoofd van Alonso, één van de redenen waarom we nu met de halo rijden. Het incident volgde op eerdere momenten van onstuimigheid en men was er klaar mee. Grosjean werd de race erop aan de kant gehouden en enkele jaren later werd het strafpuntensysteem zoals we dat nu kennen ingevoerd. Maar eerder in de geschiedenis zagen we ook een hoop andere redenen voor F1-schorsingen. We zetten de meest opmerkelijke op een rijtje.
De ondergrens
Het nieuwe team Super Aguri stelde Yuji Ide (afbeelding hieronder) aan als één van de coureurs voor het debuutseizoen in de Formule 1. Waar je Grosjean nog kon betrappen op snelheid, reed Ide hopeloos achteraan. Hij sprak geen woord Engels en was bovendien onstuimig, met als dieptepunt het (letterlijk) ondersteboven van Christijan Albers in de Midland tijdens de GP van San Marino. Ide werd daarop niet alleen geschorst, men ging nog een stapje verder. Zijn superlicentie werd ingetrokken.
DSQ na DNQ
De naam Hans Heyer zal weinig belletjes doen rinkelen bij de gemiddelde F1-fan, maar hij verdient een plekje in deze lijst. Heyer was geen hoogvlieger en met de 27ste tijd in de kwalificatie voor de Duitse Grand Prix van 1977 wist hij zich niet te kwalificeren. Maar racen zou hij! De gridgirls van toen kenden Heyer goed en hij wist ze ervan te overtuigen tactisch rond zijn auto te gaan staan om hem zo aan het zicht te onttrekken. Toen de race van start ging, sloot hij achteraan aan. Het duurde even voordat de wedstrijdleiding door had wat er aan de hand was en toen ze hem daadwerkelijk wilden diskwalificeren, was hij reeds uitgevallen. Hij werd uitgesloten van deelname aan toekomstige F1-races, maar dat raakte hem niet, want het was altijd al de bedoeling dat het bij die ene race zou blijven.
Dubbele agenda
De twee Amerikaanse coureurs Mario Andretti en Bobby Unser namen deel aan de trainingen voor de Grand Prix van Italië, om vervolgens naar Amerika te vliegen om daar deel te nemen aan de Hoosier 100, een offroad ovalrace. De terugvlucht naar Europa hadden ze zich kunnen besparen, want in de reglementen van de Italiaanse automobielfederatie stond beschreven dat het coureurs niet is toegestaan om binnen 24 uur van de start van de GP deel te nemen aan een andere race.
De capabele amateur
Ken Richardson kwalificeerde zich als BRM testcoureur verdienstelijk als tiende voor de Grote Prijs van Italië op Monza in 1951, geholpen door de imposante V16-motor. Hij zou echter nooit starten, want de Italiaanse wedstrijdleiding kwam er op tijd achter dat Richardson helemaal niet over een geschikte licentie beschikte.
Meest gelezen