Allereerst is het handig om het team te leren kennen. Een bezoek aan de fabriek staat altijd bovenaan de lijst. Handenschudden met de engineers, babbelen met de baas en een praatje houden voor het team en haar sociale media pagina's; het hoort er allemaal bij.
Vaak wordt dat bezoek gecombineerd met het aanmeten van een stoeltje. Formule 1-wagens zijn namelijk zo krap dat dat het stoeltje precies moet passen. En andersom is het belangrijk dat het stoeltje precies de vorm van het lichaam van de coureur heeft, anders kan racen (letterlijk) een pijnlijke aangelegenheid worden.
De simulator is tegenwoordig ook vaste prik. Met de zeer beperkte testmogelijkheden in de hedendaagse Formule 1 is de simulator een uitkomst. Afgezien van de g-krachten, kun je de auto en de banen in detail nabootsen en door middel van simwerk kunnen er ook aanpassingen aan de (echte) auto gedaan worden. Sebastian Vettel sprong bijvoorbeeld tijdens zijn eerste dag bij Aston Martin direct in de simulator om er pas na een volle werkdag weer uit te komen.
Soms zien de Formule 1-teams kans om hun nieuwe coureurs in aanloop naar het seizoen nog wat tijd te gunnen op het circuit, zij het in een oude bolide. Alleen onder het mom van een filmdag, waarvan er per jaartwee mogen worden georganiseerd, mag er in de huidige bolide worden gereden. In een minimaal twee jaar oude bolide mag er echter zoveel als je wilt worden getest. Nog iets dat absoluut niet onderschat mag worden: het samenstellen van een kalender. Daar komen niet alleen race-activiteiten op te staan, maar ook pr-werkzaamheden en bezigheden met het marketing team. Denk bijvoorbeeld maar eens aan de lollige filmpjes die Max Verstappen altijd met zijn teamgenoten maakt.
Meest gelezen