Met de gewijzigde technische reglementen in de Formule 1 krijgen de minder presterende teams een grote kans op verbetering. Na jarenlange dominantie van Mercedes, waar Red Bull in 2021 al grotendeels een einde aan kon maken, is het middenveld gebrand op succes. Het lijkt onwaarschijnlijk dat een renstal dit jaar ineens van de tiende plaats in de WK-stand stijgt naar de eerste plek en Red Bull en Mercedes naar het kastje van de muur zullen sturen, maar een grote stap voorwaarts is zeker niet ondenkbaar. Welke teams kunnen gaan verrassen en waarom? We bekijken de potentie van de renstallen.
Ferrari
Na het veroveren van de derde plaats in de constructeursstand boekt Ferrari na een slechte periode eindelijk weer progressie. In 2021 vond het team nog geen aansluiting met Red Bull en Mercedes, maar de Italianen hebben een strategie die verder kijkt dan één seizoen. Gedurende het seizoen werd de juiste balans bij de afstelling van de Ferrari-bolide steeds sneller gevonden, al werd er met de reglementswijzigingen op komst vooral gekeken naar het belangrijkste verbeterpunt. En dat is, of beter gezegd was, de prestaties van de Ferrari-motor. Nadat in 2019 getwijfeld werd over de legaliteit van de krachtbron verscheen het team in 2020 aan de grid met opvallend minder vermogen. Het duurde een hele tijd voordat dit vermogen was teruggevonden, maar met een upgrade in 2021 en bemoedigende berichten over de snelheid op het rechte stuk lijkt het team dit probleem eindelijk te hebben opgelost. Daarnaast is er de afgelopen tijd kritisch gekeken naar de managementstructuur binnen Ferrari. De balans tussen het doorontwikkelen van de 2021-bolide, het ontwerpen van de toekomstige bolide en het verbeteren van de krachtbron lijkt te zijn gevonden. Hiermee klom Ferrari al terug naar de derde plaats in de constructeursstand, waarna de laatste sprong richting de topteams gemaakt kan worden in 2022.
McLaren
In 2021 zakte McLaren weliswaar een plek in het kampioenschap vergeleken met 2020, maar de afgelopen jaren is het team veranderd. De overstap naar de Mercedes-motor bleek afgelopen seizoen een extra stap in de goede richting te zijn. Het is een van de vele slimme ontwikkelen die uit de koker komt van het nieuwe management bestaande uit steunpilaren Zak Brown (CEO) en teambaas Andreas Seidl. Het team hoeft zich geen zorgen te maken over het vermogen en kan zich meer focussen op het chassis en de aerodynamische upgrades. Op dat vlak heeft men in Woking met James Key en Andrea Stella ook mooie namen in dienst. De GP van Italië in 2021 was het bewijs dat het team ook onder 'normale' omstandigheden in een race een overwinning kan pakken. Kan men in 2022 doorstoten tot de top en weer het topteam van weleer worden dat het ooit was? Tot slot heeft het team een gouden combinatie aan coureurs. Lando Norris heeft nog niet enorm veel ervaring in de F1, maar liet in 2021 zien het team te kunnen leiden toen Daniel Ricciardo nog op zoek was naar snelheid. Nu ook de Australiër zijn draai heeft gevonden bij McLaren, kunnen de twee op jacht naar Red Bull en Mercedes.
Alpine
Ook Alpine maakte in 2021 veelbelovende stappen. Het voormalig Renault rijdt al jaren in de middenmoot zonder hoge ogen te gooien, maar met Fernando Alonso en Esteban Ocon heeft het team een van de sterkste coureursduo's van de grid. Wie dacht dat Alonso was uitgeblust na zijn tussenjaren in de F1, had het mis. Dankzij de chemie tussen de twee coureurs kan het team comfortabel op zoek naar een stap voorwaarts. En dat was in 2021 af en toe al goed te zien. Het team werd weliswaar slechts vijfde en wist met een beetje geluk een overwinning binnen te slepen (Hongarije 2021, red.), maar de derde plaats voor Alonso in Qatar werd op pure snelheid behaald. Met input van de tweevoudig wereldkampioen en de - hopelijk - sterk verbeterde krachtbron kan ook Alpine in 2022 verrassen. Tegelijkertijd schoof Alpine links en rechts met wat posities en mannetjes, waardoor de juiste structuur binnen de Franse renstal na een aantal wisselvallige seizoenen onder Cyril Abiteboul lijkt te zijn gevonden.
Williams
In 2020 was Williams nog het enige team dat het seizoen afsloot met nul punten, maar een jaar later was er al duidelijk verbetering te zien. De overname door investeringsmaatschappij Dorilton Capital gaf het team een enorme financiële injectie, iets wat de renstal nodig had. Met zekerheid op het gebied van kapitaal en een meerjarig businessplan ging het in 2021 gelijk al beter. De focus werd al vroeg gelegd op 2022, maar de prestaties verbeterden sneller dan verwacht. Regelmatig kwam het team verder dan Q1. George Russell was daarbij overduidelijk de sterkste coureur, al moet het team hem volgend jaar missen. In de plaats daarvan krijgen ze echter Alexander Albon. De Thais-Britse coureur heeft bij Red Bull al laten zien hoe enorm veel hij bij kan dragen aan het ontwikkelen van een bolide. Met geld, structuur en een coureur die weet hoe hij moet ontwikkelen, kan ook Williams grootse stappen maken.
Haas
Slechter dan in 2021 kan het niet, maar ondanks de nulscore heeft Haas op papier een belangrijke voorsprong op de rest van het veld. De Amerikaanse renstal gooide afgelopen seizoen weg en besloot de focus volledig te leggen op 2022. Hierdoor heeft het team qua ontwikkelingsuren een voorsprong op teams als Mercedes en Red Bull, al zijn de faciliteiten van het lelijke eendje wel minder. Het budgetplafond zou een van de zwakke punten van Haas deel weg moeten kunnen poetsen. Het team onder leiding van Gunther Steiner moest jarenlang de competitie aangaan met tientallen, zo niet honderden miljoenen minder dan de grotere teams, maar door het budgetplafond zijn deze verschillen veel en veel kleiner. Het wegnemen van de achilleshiel en de vroege ontwikkeling voor 2022 betekenen een grote nieuwe kans voor de nummer 10 van afgelopen seizoen. Kunnen zij net als in 2016, toen ze toetraden tot de sport, verrassen?
Meest gelezen