F1-engineer vertelt wat Formule 1-teams nou écht doen tijdens de testdagen

In een exclusief interview met Ramon Drost, voormalig data-engineer van Alpine en Renault, spraken we over de testweek voorafgaand aan het F1-seizoen van 2023. De Nederlandse data-engineer werkte jaren lang in de Formule 1 bij Alpine en draaide zelf al genoeg testweken mee. Wat gebeurt er nou eigenlijk echt achter de schermen bij de F1-teams tijdens zo'n testweek? Waar ligt de focus op, hoe pakt men het aan? Welke rol spelen de mensen in de F1-fabriek? De geboren Zwollenaar vertelt het aan in gesprek met RacingNews365 . "Ik zal er niet omheen draaien: de teams laten tijdens zo'n testweek zeker nog niet het achterste van hun tong zien", zo begint Drost zijn uitleg. "Dat is bekend, maar wellicht is niet altijd bekend waarom ze dat niet doen. Dit doen ze namelijk vooral uit praktische overwegingen. Tijdens zo'n testweek zie je namelijk eens te meer het verschil tussen het deel van het team dat op het circuit te werk gaat en het deel van het team dat op de fabriek werkt", zo deelt hij zijn ervaringen. "Het trackside team gaat aan de slag op basis van een plan dat men van te voren heeft gemaakt. Het komt erop neer dat men zoveel mogelijk dingen wil uitproberen. Op alle mogelijke vlakken probeer je de nieuwe bolide van A tot Z te leren kennen. Door zoveel mogelijk uit te proberen maak je het werk voor het team in de fabriek een stuk eenvoudiger. Daar kunnen ze namelijk aan de slag gaan met de verzamelde data, om deze te vergelijken met de informatie die het team in de winter al heeft verzameld en om deze te vergelijken met de concurrentie", aldus Drost, die duidelijk probeert te maken dat er binnen een F1-team tegelijkertijd twee verschillende operaties gaande zijn. "Het team dat op het circuit te werk gaat, is eigenlijk keihard aan het stampen om maar zoveel mogelijk data te verzamelen. Dat betekent dat na zo'n testdag de hele bolide ook weer uit elkaar wordt gehaald en in elkaar wordt gezet, om ervoor te zorgen dat de data zo betrouwbaar mogelijk zal zijn. Ieder onderdeel moet namelijk gecontroleerd worden, zodat je zeker weet of het nog in orde is. Dat betekent dat de mensen binnen het team enorm veel uren moeten maken tijdens zo'n testweek. Dat doet men niet alleen op het circuit, maar ook op de fabriek. Ook daar werkt men bij alle Formule 1-teams 24 uur per dag, om de bolide zo goed mogelijk te begrijpen." Het team op het circuit en het team in de fabriek werken natuurlijk nauw samen, maar toch kijkt men allebei op een andere manier naar de testweek, zo benadrukt Drost. "Terwijl het team op het circuit haar programma afwerkt, is men in de fabriek al veel meer naar het grotere geheel aan het kijken. Zij kijken namelijk ook naar wat de concurrentie doet en men probeert links en rechts zelfs nog wat bij te leren van de concurrentie. Dat naar elkaar kijken is meteen ook de reden dat ik denk dat we de eerste vijf teams dit jaar dichterbij elkaar zullen zien zitten", blikt de data-engineer vooruit op het komende F1-seizoen.

F1-teams dichter op elkaar

Dat heeft volgens Drost vooral te maken met de reglementen, die vorig jaar geïntroduceerd werden en nu dus al iets minder vers zijn dan in 2022 het geval was. "Vorig jaar begon iedereen op nul, omdat er een totaal nieuwe auto moest worden ontworpen. Daardoor kon je vorig jaar ook niet snel dingen van de concurrentie overnemen. Nu zijn we bijna een jaar verder en zie je hier en daar al dat enkele bolides op elkaar beginnen te lijken. Dat komt door het feit dat men nu genoeg tijd heeft gehad om de concurrentie goed te onderzoeken en zo tot oplossingen te komen voor de eigen problemen. De combinatie van tijd en kwaliteit, die bij alle teams aanwezig is, zorgt ervoor dat het gehele veld dit jaar dichter bij elkaar zal komen te liggen." Dat de testweek pas net begonnen is, wil overigens niet zeggen dat alle F1-teams nu pas echt de eerste tests uitvoeren. Integendeel. Drost verklaart hoe men in de achtergrond al weken aan het testen is voor de testweek. "De testweek is nu voor iedereen te zien, maar alle teams hebben hun motoren en versnellingsbak, oftewel de powertrain , al ruim voor deze test laten draaien op de testbank. Dat is iets wat we als fan niet terugzien." "Op de dyno kan je de motor precies laten draaien zoals op elk willekeurig circuit. Daarom is dit een ideale plaats om zo goed mogelijk in beeld te krijgen van wat er met de motor gebeurt en zo kun je problemen met de powertrain tijdens de testweek voorkomen. Al die informatie wil je hebben voordat je aan de testweek begint, zodat je die data zo goed mogelijk kan vergelijken met de testdata die je verkrijgt op het circuit." Natuurlijk kijken de teams graag naar de concurrentie, maar als men daar een goed idee spot, dan wil dat niet zeggen dat zo'n onderdeel of idee zomaar op de eigen auto kan worden geïmplementeerd. "Het is niet zo dat je snel even wat kunt kopiëren van een concurrent. Dat is ook de reden dat het raceteam op locatie niet bezig is met de concurrentie." "Je moet namelijk een verder onderzoek instellen naar de reden waarom een bepaald team een bepaalde aerodynamische keuze heeft gemaakt. Dat kan bijvoorbeeld ook weer te maken hebben met een specifieke ophanging die men heeft ontwikkeld. Zo kan het dus zijn dat een bepaald gedeelte van een aerodynamisch pakket van een concurrent helemaal niet interessant is om over te nemen. Wat voor de één namelijk een voordeel kan zijn, kan bij de ander nadelig uitpakken. Daarom is men op de fabriek na de testweek nog altijd dagen bezig om de eigen bolide, maar ook die van de concurrentie te analyseren."

Goed gevoel over De Vries

Drost zal zelf dit jaar vanuit huis de bolides nauwlettend in de gaten houden, nadat hij vorige week het testteam van Alpine nog hielp tijdens een testsessie met een twee jaar oude F1-bolide. "Het is en blijft fascinerend om in het begin van het seizoen de bolides en coureurs weer in actie te zien. Ik begrijp dat de fans proberen te beoordelen wie er wel en niet goed gaan, maar toch blijft het moeilijk om een eerlijke vergelijking te maken. Je weet namelijk niet wat welk team aan het testen is en daardoor kun je moeilijk conclusies trekken." Met de gegeven uitleg is het duidelijk dat de Nederlander nog geen voorspellingen kan doen over de kansen van de topteams. Drost heeft echter wel een positief gevoel bij een van zijn Formule 1-landgenoten. Vorig jaar werkte Drost namelijk nog kortstondig samen met Nyck de Vries toen de Nederlander in actie kwam tijdens een Alpine-testdag in Hongarije. Daar liet De Vries een sterke indruk achter en Drost twijfelt er dan ook niet aan of de voormalig Formule E-wereldkampioen het goed zal gaan doen in de Formule 1. "Het wordt voor De Vries een interessante testweek. Dit zijn de dagen die tellen voor het opbouwen van een relatie met het team. Logischerwijs zal hij ook aan de nieuwe bolide moeten wennen. Hij heeft al ervaringen in andere F1-bolides, maar toch zal een coureur je altijd kunnen vertellen hoe anders iedere F1-bolide aanvoelt. Veel mensen denken dat er weinig verschillen zitten tussen de bolides, maar dat ligt toch net wat anders. Iedere bolide in de F1 voelt anders aan en daarom is het belangrijk dat de coureurs hun kilometers kunnen maken en goede feedback kunnen geven." "Ik denk dat Nyck daarin zeer sterk is en dat komt zowel hem als het team ten goede. Zo kunnen ze de wagen beter afstellen en zal hij sneller meer vertrouwen krijgen in de bolide. In de korte periode dat ik met hem heb samengewerkt, heb ik een zeer positieve indruk van hem gekregen en daarom denk ik hij een goed eerste seizoen in de Formule 1 tegemoet zal gaan. Hij zal er staan dit jaar, vooral omdat duidelijk is dat hij zelf ook heel goed weet wat hij wil. Die mindset gaat hem helpen dit seizoen", aldus Drost, die met zijn bedrijf Drost Autosport regelmatig wordt ingehuurd door Alpine om het testteam te helpen.