De waarschuwingsvlag, bestaande uit een diagonaal gespleten zwarte en een witte helft, werd door de dit jaar overleden F1-wedstrijdleider Charlie Whiting eigenlijk niet meer gebruikt. De Brit liet 'm in 2010 voor het laatst zien tijdens een Grand Prix. Zijn opvolger Michael Masi besloot echter om dit signaal (de vlag wordt getoond op displays) vanaf de afgelopen Grand Prix van België weer in te zetten. "We tonen 'm bij onsportief gedrag", zo legt Masi uit aan onder meer RacingNews365 . "Deze vlag kan gebruikt worden voor van alles, zoals bochten waar track limits te vaak worden overschreden maar ook bij het afknijpen van andere coureurs of sturen tijdens het remmen. Zie het als de gele kaart in voetbal!" In principe wordt de vlag getoond aan coureurs die 'maar net over de limiet van het toelaatbare zitten', stelt Masi: "Wanneer een coureur na het krijgen van een waarschuwingsvlag nóg een soortgelijk vergrijp pleegt, komen de stewards erbij. Maar als de eerste situatie gelijk al wat ernstiger van aard is, kan dat nog steeds zonder waarschuwing gebeuren." De Australiër was al langere tijd van plan om dit middel weer in te zetten, maar koos daarvoor het raceweekend op het circuit van Spa-Francorchamps. Masi: "Al sinds de Grand Prix van Canada spraken we hierover met de sportief directeurs van de F1-teams. Niemand wist waarom 'ie eigenlijk niet meer gebruikt werd. Terwijl alle teamleiders en coureurs er wel vóór zijn."
Meest gelezen