De Formule 1 Grand Prix van Nederland is al twee jaar op rij een waar volksfeest waar door alle betrokken partijen steevast met trots en tevredenheid op wordt teruggekeken. De races echter konden in de basis wel wat spannender, maar inhalen is en blijft een hekel punt op de toch vrij korte en krappe baan. Natuurlijk werd de Arie Luyendykbocht voor de eerste editie al in een kom gelegd, om zo het rechte stuk te 'verlengen'. Door die banking kunnen de coureurs de bocht vol gas nemen (sinds 2022 ook met open DRS), waardoor het slipstreamspelletje al bij het uitkomen van de op één na laatste bocht begint. Echter, alsnog is het rechte stuk aan de korte kant, waardoor het niet of nauwelijks tot uitremacties in de beroemde Tarzanbocht komt. De simpelste oplossing was en is het verlengen van het rechte stuk, maar dat is niet mogelijk. De duinen die in het verlengde van het rechte stuk liggen vallen namelijk onder beschermd natuurgebied en als zodanig mag daar niet aan getornd worden. Het probleem van het te korte rechte stuk merkte ook Lando Norris vorig jaar ten overstaan van onder andere RacingNews365 op en hij opperde een andere oplossing. Norris stelde voor de Tarzanbocht wat krapper aan te leggen, waardoor de snelheid lager komt te liggen en de coureurs dus al eerder in de ankers moeten. Het verlengen van de remzone zou in theorie sneller uit moeten nodigen tot het plaatsen van een uitremactie. Met het idee van het bevorderen van inhalen in het achterhoofd opperde ook Max Verstappen in 2022 een wijziging, zij het niet voor de microfoon, maar in de cool down room na de race. Ook bocht drie, de Hugenholzbocht ligt in een banking, zij het niet helemaal tot de binnenkant van de bocht. Daarom opperde Verstappen om die banking tot 'onderin' door te trekken. Dit zou ertoe verleiden de kortere lijn te proberen om binnendoor in te halen. Vooralsnog echter zijn deze voorstellen niet in de praktijk gebracht, maar eventuele aanpassingen zijn altijd aan evaluaties onderhevig.
Meest gelezen