Met het budgetplafond dat vanaf het Formule 1-seizoen van 2021 van kracht zal gaan, zullen de deelnemende teams niet meer dan een bepaald bedrag per jaar, waarschijnlijk 175 miljoen dollar, uit mogen geven. Wie dit wel doet, kan op flinke sancties rekenen. Het budgetplafond moet ervoor zorgen dat zekere Formule 1-teams geen buitenaardse bedragen meer kunnen uitgeven aan de sport, door de bestedingsmogelijkheden aan banden te leggen. Het is echter zo dat niet alle kosten die teams jaarlijks maken onder dit budgetplafond vallen. Marketing en salarissen worden bijvoorbeeld niet meegenomen in het limiet. Verscheidende figuren in de Formule 1-paddock balen er stevig van dat besloten is de salarissen niet tot het budgetplafond te rekenen. In een reactie aan Auto, Motor und Sport geeft Red Bull-adviseur Helmut Marko toelichting over het vooruitzicht. "Wanneer de auto's gelijkwaardiger worden, zal de coureur weer een van de belangrijkste factoren in de sport worden – zij kunnen immers het verschil maken." "Hierom zullen rijders als Hamilton, Verstappen en Leclerc straks goud geld gaan verdienen", aldus Marko. "Bij contractbesprekingen kunnen zij de teams onder druk zetten en gigantische bedragen vragen. Een coureur kan dan al snel vijftig miljoen euro gaan kosten". Naar verluidt is de beslissing genomen op aandringen van de grote teams, die uiteraard meer geld kunnen besteden aan talent en zo hopen vast te houden aan de beste coureurs ter wereld. McLaren-baas Zak Brown vindt het een jammerlijke zaak. "Het is een fout geweest om de coureurs niet tot het budgetplafond te rekenen", zo vertelt een teleurgestelde Brown. "Zij zijn de beslissende factor als het aankomt op rondetijd. Als zij onderdeel hadden uitgemaakt van het budget, dan hadden de teams nog meer na moeten denken over waar ze hun geld in willen investeren. Er moet dan een afweging worden gemaakt hoeveel geld de coureurs krijgen en hoeveel er wordt gestoken in de ontwikkeling van de auto. Degene die het beste met de situatie omgaat, zal winnen."
Meest gelezen