Rinus van Kalmthout, alom bekend als Rinus VeeKay, koos er na zijn kartjaren voor om niet de Europese, maar de Amerikaanse raceladder te beklimmen. In The States boekte hij veel successen in de Indy Lights, de hoogste raceklasse onder de IndyCar. Daar finishte hij in 2019 als tweede in het klassement, waardoor hij zich in de kijker reed voor een zitje in de IndyCar-klasse. Sinds 2020 is hij vaste klant als coureur van Ed Carpenter Racing en deze zondag begint hij in St. Petersburg, Florida, aan zijn derde seizoen. In Amerika kunnen ze niet meer om hem heen, nadat hij tijdens zijn eerste seizoen al een poleposition en een podium pakte en tijdens zijn tweede seizoen nog een overwinning en in totaal twee podiumplekken aan zijn palmares toe wist te voegen. RacingNews365 sprak exclusief met VeeKay aan de vooravond van het nieuwe IndyCar-seizoen.
Lastig einde van 2021
Rinus zal het seizoen beter willen beginnen dan hij het vorige seizoen eindigde. Na een geweldige eerste seizoenshelft in 2021 speelde hij in tweede seizoenshelft voornamelijk een bijrol in de IndyCar-races. Hoe kwam dat, vragen we aan VeeKay. "Nou, toen we op de circuits aankwamen, was onze set-up verre van ideaal", verklaart de man die woonachtig is in Ft. Lauderdale, Florida. "In plaats van dat we de puntjes op de i moesten zetten, moesten we het wiel opnieuw uitvinden. Dus daar liep het een beetje mis. We verloren te veel tijd in de trainingen om echt dichterbij de concurrenten te kunnen komen. We kwamen gewoon grip te kort om competitief mee te doen. Dat was balen en allesbehalve ideaal, want je wil goede resultaten neerzetten." Dat de resultaten misschien tegenvielen, wil niet zeggen dat zijn ontwikkeling heeft stilgestaan. De nog steeds pas 21-jarige coureur wist door zijn tijdelijk mindere bolide juist meer uit zichzelf te halen. "Als coureur heb ik zeker stappen gezet. Natuurlijk, in die moeilijke tweede seizoenshelft ga je meer op de details letten en probeer je meer uit jezelf te halen als de auto wat minder goed is." "Ik denk dat ik daar veel van heb geleerd. Mentaal bereid ik me nu ook wat beter voor op de races, in plaats van alleen maar fysiek. Voor mezelf is het ook gewoon meer ervaring om me beter voor te bereiden, om zo in een andere mode te komen tijdens een raceweekend."
1393652564726591488
WHAT A MOVE! @RinusVeekay splits the middle for the pass at @IMS ! TV: @nbc STREAM: https://t.co/5U3aGlj87z pic.twitter.com/qYOJKI6xOD — IndyCar on NBC (@IndyCaronNBC) May 15, 2021
VeeKay blijft net als Verstappen zichzelf
Het voelt soms alsof VeeKay al jaren meedraait in de hoogste raceklasse van Amerika, maar eigenlijk heeft hij pas twee seizoenen achter de rug. Toch valt hij in zijn eerste twee jaar al enorm op, in positieve zin. Wat te denken van zijn dubbele inhaalactie (zie de video hierboven), waarmee hij de basis legde voor zijn eerste IndyCar-overwinning tijdens de race op de Indianapolis road course? Waar haalt hij de ballen vandaan, vragen we ons af. Zien we dat vooral bij hem omdat hij misschien wat jonger of frivoler is, of is dat VeeKay eigen? "Dat is toch wel eigen hoor", antwoordt hij zonder na te denken. "Net als Max Verstappen. Hij heeft zijn eigen rijstijl, hij is iets meedogenlozer op de baan. Dat zit er in en dat is niet aan te leren. Dat heb je of heb je niet. Ik heb dat denk ik ook bij het inhalen, dat we misschien toch een beetje dezelfde rijstijl hebben: elk gat dat we kunnen pakken, daar gaan we voor." Zorgt dat ervoor dat de jonge Nederlander in Amerika niet meer over straat kon zonder aan zijn shirt te worden getrokken? Soms. "Het ligt aan de staat. Als ik in Indianapolis ben, word ik wel vaak gestopt voor een foto of willen er mensen een praatje maken omdat ze me herkennen. In Ft. Lauderdale (waar hij woont, red.) heb ik het ook wel eens, dus dat is wel heel grappig. In Nederland gaat het helemaal hard, dus het is leuk om dat te zien." Sinds zijn zege kan het helemaal niet meer stuk bij VeeKay. "De aandacht is echt vertienvoudigd als ik kijk naar die overwinning. De meeste mensen weten wel ik wie ik ben. Zeker in Amerika is die stap groot geweest. Er wordt steeds meer aandacht aan besteed en de IndyCar gaat ook goed om met de fans. Ik vind het ook leuk om af en toe een showtje te geven, zeg maar. Dus dat is allemaal mooi. Ik ben zelf ook een racefan geweest, dus ik denk vaak ook als een fan. Soms ben ik misschien te lang mee bezig met praatjes maken en handtekeningen uitdelen, maar dat vind ik alleen maar leuk."
Lange winterstop met Nederlands getint raceavontuur
Al die IndyCar- en VeeKay-fans hadden tussen de seizoenen door vijf maanden de tijd om hem aan zijn shirtje te trekken, want eind september 2021 was de laatste race. Een lange pauze dus. Hoe is dat als coureur, om vijf maanden niet te kunnen racen in jouw klasse? "Het is op zich wel lastig", erkent Rinus, die eind januari nog heel wat meters maakte met Racing Team Nederland in de befaamde 24 uur van Daytona. "Dan krijg je toch weer even die raceprikkel. Het zou wel fijner zijn als we vaker zouden kunnen testen in IndyCar. Dat zou het wel een stuk beter kunnen maken. Dan heb je vaker dat gevoel van het stuur in je handen om warm te blijven. In de tussentijd werk ik met een personal trainer, die meer IndyCar-coureurs traint. We hebben een schema, dus daar ben ik vol mee bezig. In de raceweek bouw je natuurlijk weer af en is de mentale voorbereiding belangrijker dan de fysieke." Met Racing Team Nederland kon hij in ieder geval weer even proeven aan het racen voordat hij op 15 februari tijdens een testdag voor het eerst in zijn nieuwe IndyCar-bolide kroop. "Dat was heel leuk, samen met Giedo (Van der Garde, red.), Frits (van Eerd, red.) en Dylan Murry. We hebben veel gelachen en op de baan ging het echt lekker. We gingen hard en ik was blij met het resultaat. Toch was het wel jammer om na 24 uur twee seconden van de winst af te zitten. Het heeft me in ieder geval in een flow gebracht voorafgaand aan het IndyCar-seizoen. Het lijkt me gaaf om, als het uitkomt, meer van dat soort races te rijden."
VeeKay wil uit de startblokken schieten
Voorlopig ligt de focus in ieder geval weer volledig op het IndyCar-seizoen. Het moge duidelijk zijn dat hij sterk uit de startblokken wil komen. Gevraagd naar zijn doel, is hij ambitieus, maar tegelijkertijd ook realistisch. "Het doel voor aankomend jaar is toch om dat competitieve dat ik begin vorig jaar had, toen ik hier en daar op het podium finishte, een race won en in de top vijf eindigde, om dat door te zetten tot het einde van het seizoen." "Gewoon constant blijven, het hele seizoen lang, dat is het belangrijkste voor mij. Dat is dan een top zes à top acht positie in het eindklassement, als ik reëel ben. Dat zit er denk ik wel in. Als dat lukt, dan mogen we als team heel tevreden zijn. Natuurlijk wil ik graag IndyCar-kampioen worden, maar we moeten reëel blijven. Top zes, top acht, dat kan denk ik een hele mooie prestatie zijn." Dan moet zijn team echter ook een stapje beter, want vorig jaar lieten zij strategisch nog wel eens een steekje vallen en ook de pitstops verliepen niet altijd vlekkeloos. Daar is de afgelopen maanden achter de schermen echter keihard aan gewerkt en VeeKay heeft er vertrouwen in dat er verbetering op zal treden. "We hebben een paar kleine aanpassingen gemaakt aan de pitcrew, dus ik denk dat we sowieso snellere pitstops zullen krijgen. Dat is mooi. Verder denk ik dat het team net als ik ook leert. Strategische calls zullen denk ik wel meer doordacht zijn dit seizoen. Als het moment dan komt dat we vooraan rijden, dat we dan ook echt voor de overwinning kunnen gaan." Ook in de simulator boekte VeeKay samen met het ECR-team progressie. "We hebben niet echt kunnen testen tussen de laatste race en de eerste test, maar we hebben veel op de simulator kunnen zitten. Daar hebben we veel ideeën opgedaan en hebben we veel dingen kunnen evalueren. Het is natuurlijk iets anders dan het echte werk, maar we hebben een hele mooie lijst met veranderingen kunnen maken en toch wel nieuwe set-ups kunnen proberen: hele nieuwe set-ups die ook wel heel goed aanvoelden." Dat harde werk heeft zich uitbetaald. Rinus kwalificeerde zich meteen als vierde voor de eerste race, die op zondagavond om 18:30 uur Nederlandse tijd wordt gereden in St. Petersburg. Als we hem in aanloop naar het weekend vragen naar zijn doel voor de eerste race, is hij duidelijk. "Op 15 februari hebben we getest in Sebring en alles voelde super en competitief. We konden gewoon vooraan meedoen in de test en al die snelle jongens onder druk zetten, net als we vorig jaar deden en misschien nog wel beter eigenlijk. Laten we meteen beginnen met het strijden voor de overwinning! St. Petersburg is wel een circuit waar ik altijd heel hard ben gegaan, ook in IndyCar. Ik denk nu, na die test in Sebring , dat we het alleen nog maar beter kunnen doen dan in het verleden."
Meest gelezen