Op maandag presenteerden verschillende belangrijke personen omtrent de Nederlandse Grand Prix de plannen voor aankomend seizoen. Een vrees van vele Formule 1-fans en ook zeker van de lokale gemeenschap in en rond Zandvoort, was dat er wel eens grote verkeersinfarcten konden ontstaan rond het evenement, dat in het eerste weekend van van mei plaats zal vinden. Volgens de organisatie zullen zulke situaties zich niet gaan voordoen. Om daar zeker van te zijn, wordt er al sinds mei van dit jaar hard gewerkt aan een mobiliteitsplan, dat er voor moet zorgen dat alle logistiek en het verkeer omtrent de GP in Zandvoort in goede banen wordt geleid. Het mobiliteitsplan heeft als doel tijdens het raceweekend om een optimale bereikbaarheid an Zandvoort en omgeving te creëren. Niet alleen voor alle mensen die er wonen, maar ook voor diegenen die er werken en verblijven, en uiteraard ook voor de bezoekers van de Grand Prix. Het speerpunt van de organisatie is om de bezoekers zoveel mogelijk te spreiden over verschillende vervoersmiddelen, zo vertelt mobiliteitsmanager Rob Langedijk. Er worden namelijk ruim 100.000 bezoekers verwacht tijdens de racedag, terwijl er in en rond Zandvoort slechts 3500 parkeerplaatsen beschikbaar zullen zijn. Deze zijn gereserveerd voor minder valide mensen, pers, media en mensen die werken op het circuit. Met de auto naar het circuit komen is dan ook nagenoeg onmogelijk en wordt door de organisatie ontmoedigd. Om met de auto of motor in Zandvoort te geraken moet iemand namelijk in bezit zijn van een 'doorlaatbewijs'. Door al deze maatregelen verwacht Zandvoort dat er uiteindelijk ongeveer 30.000 fans met de trein naar Zandvoort zullen komen en 15.000 à 20.000 supporters die te voet naar het circuit zullen gaan, omdat er een hoop bezoekers al in de buurt van het circuit zullen verblijven. Tot slot worden er ook tourwagens ingezet om grote hordes aan fans naar het circuit te brengen. Op die manier moet de logistiek omtrent de eerste Nederlandse GP in 35 jaar een bijzonder proces worden.
Meest gelezen