FIA biedt Red Bull cruciaal vangnet

De Formule 1 nadert een nieuw tijdperk. In 2026 gaan de reglementen op de schop en komen er volledig nieuwe auto's en motoren. Onder meer DRS verdwijnt en wordt vervangen door de zogenaamde Manual Override Mode, terwijl coureurs ook de mogelijkheid krijgen om te switchen tussen de X- en Z-mode. Zo speelt men met de downforceniveaus om de rondetijden te optimaliseren.

Er bestaat echter één grote vrees in de wereld van de Formule 1: iedereen is bang dat er eenzelfde situatie als in 2014 gaat ontstaan. Toen had Mercedes verreweg de beste V6-hybridemotor in handen, waarna een dominante periode van zeven jaar volgde. Max Verstappen was in 2021 de eerste coureur in lange tijd die Mercedes wist te onttronen in het rijderskampioenschap.

Ook richting volgend jaar wordt Mercedes als grote favoriet gezien, omdat de batterij een nog grotere rol gaat spelen. En dat terwijl er ook twee compleet nieuwe motorleveranciers bijkomen. Red Bull en Audi gaan namelijk een eigen krachtbron bouwen en willen de strijd aangaan met Mercedes, Ferrari en Honda. Renault verdwijnt juist uit de sport.

Programma

Er bestaat echter een compleet programma om een nieuw Mercedes-scenario in 2026 te voorkomen. Nikolas Tombazis, de technische man van de FIA, zei daar het volgende over in gesprek met Auto, Motor und Sport:
"We hebben een programma geïntroduceerd dat we 'extra ontwikkelingsmogelijkheden voor prestatieverschillen' noemen. Het stond vanaf het begin in de regels. De afgelopen maanden hebben we verfijnd hoe we ermee willen omgaan."

"In principe meten we de gemiddelde prestaties van elke leverancier om de zes races. Voor degenen die onder een bepaald niveau zitten, is er een upgrade-optie, afhankelijk van hoe ver ze achterliggen. Die upgrade kan op drie verschillende manieren worden bewerkstelligd: meer geld voor ontwikkeling, meer testbank-uren of meer tijd voor specificatiehomologatie. Dus degenen die achterlopen, krijgen de kans om een inhaalslag te maken."

De FIA biedt zo met name Red Bull en Audi – leveranciers zonder specifieke F1-ervaring en over wie twijfels bestaan wat betreft de motor – een cruciaal vangnet.. Als begin volgend jaar de performance van de motor hopeloos tegenvalt, krijgen zij de tijd om de achterstand versneld in te halen. Het past bij een trend van de laatste jaren: de Formule 1 probeert het veld snel in elkaar te laten schuiven en zo de spanning te vergroten. Natuurlijk heb je een krachtbron niet binnen een week verbeterd, maar op deze manier zou een motorleverancier niet jarenlang moeten domineren.

Hoe deze maatregel gaat uitpakken, moet volgend jaar natuurlijk nog blijken. Momenteel is het volledig onduidelijk hoe groot de krachtsverschillen zijn en welke leverancier de maatstaf gaat zijn. Maar als je het niet direct voor elkaar hebt, hoeft de noodklok niet meteen geluid te worden. Er is licht aan het einde van de tunnel.