Max Verstappen kwam uiteindelijk drie tienden tekort om een gooi te kunnen doen naar de poleposition. Waar verloor hij het? Niet in de laatste sector, want daarin was hij juist het snelst. Het grootste verlies wordt geleden in de langzaamste bochten van het circuit, zoveel maken de data wel duidelijk.
Kijk in onderstaande grafiek eens naar de 'dalen' van de lijn. Die dalen staan voor de remzones en bochten. Steeds opnieuw zie je dat Verstappen (de blauwe lijn) ruim onder die van de McLarens uitkomt. Met andere woorden, hij kan aanzienlijk minder snelheid mee de bocht in nemen. Dat dat aan de auto ligt en niet zozeer aan het lef van Verstappen, laat het statistiekje daaronder zien, onder 'throttle %'. Kijk naar bocht 9. Waar Norris en Piastri allebei liften, houdt Verstappen de klepel vol naar beneden.
Kijken we naar de statistieken weergegeven in de staafdiagrammen hieronder, zien we dat Verstappen sowieso een veel groter deel van de ronde het gaspedaal vol ('full throttle') houdt ingetrapt. Dat hem dat niet méér rondetijd oplevert ten opzichte van de McLarens toont aan dat de RB21 niet lekker wegkomt uit de met name langzamere bochten.
De Mclaren-coureurs lijken dan ook veel meer te kunnen spelen met het gaspedaal. Hun acceleratieperiode - het moment tot volgas - duurt langer. Zij lijken de input op het gaspedaal afgeronder te kunnen doseren. Daaruit kan je wellicht aflezen dat Verstappen veel meer met het mes tussen de tanden móét rijden om McLaren bij te kunnen benen, terwijl de MCL39 zich veel gewilliger laat beteugelen.
Meest gelezen
In dit artikel
Praat mee!