In aanloop naar 2022 werden de technische F1-reglementen volledig overhoop gegooid en ontstonden er hele nieuwe bolides. Deze genereren vooral downforce door middel van het grond effect, dat gebruik maakt van tunnels onder de vloer van een bolide. Om zoveel mogelijk downforce te creëren, moeten de F1-bolides zo dicht mogelijk op de vloer zitten. De rijhoogte is daardoor erg laag, maar de nieuwe auto zorgt daardoor voor een bijwerking in de vorm van het fenomeen porpoising. Omdat de zuigende werking van de vloer door dat effect steeds wordt onderbrokent, stuiteren sommige auto's als het ware over het asfalt op hoge snelheden. Tijdens de Grand Prix in Azerbeidzjan was dit effect bij sommige teams zo ernstig, dat de FIA besloot in te grijpen onder het mom van de veiligheid van de coureurs. De autosportbond kwam met een Technical Directive. Daarin staat dat de FIA een formule opstelt aan de hand van welke het porpoising wordt gemeten. Stuitert een bolide te veel, dan grijpt de FIA in en moet een team haar rijhoogte verhogen of kan het zelfs gediskwalificeerd worden. Deze werd aan de vooravond van de Canadese Grand Prix plots gedeeld met de teams, maar na veel heisa zal het nu tot de GP van België, eind augustus, duren voordat er ook daadwerkelijk wordt gehandhaafd.
Teams krijgen problemen beter onder controle, maar toch zet de FIA door
Maar daarmee is de kous nog niet af, want op de middellange termijn wil de FIA meerdere wijzigingen doorvoeren die het porpoising tegen moeten gaan. Op woensdag jongstleden kwam de Technical Advisory Committee van de Formule 1 bij elkaar. Daarin zetelen afgevaardigden van F1, de FIA en de Technische Directeuren van de verschillende teams. Daarin werd de zaak nog eens uitvoerig besproken. De FIA heeft daarin benadrukt dat ze er alles aan doet om de 'verticale oscillaties' (porpoising) tegen te gaan en hopelijk helemaal te elimineren, zo heeft RacingNews365 begrepen. Het is volgens de autosportbond namelijk een belangrijke kwestie van veiligheid. De FIA benadrukt dat dat haar verantwoordelijkheid en dat het regelboek het toelaat om in te grijpen onder het mom van veiligheid, zonder dat de teams tegen kunnen werken. Alhoewel de FIA ziet dat de afgelopen races de stuiterproblemen minder zijn, benadrukken ze dat het deels met de circuits te maken had. Er zullen de komende maanden namelijk nog races aankomen waar het fenomeen waarschijnlijk hardnekkiger is. De teams beginnen de problemen weliswaar steeds beter te begrijpen en weten ze steeds beter te controleren, de vrees is dat de 2023-bolides weer over meer downforce zullen beschikken dan dit jaar, wat ervoor kan zorgen dat de problemen zonder ingrijpen verder worden aangewakkerd. De regels die vanaf de Belgische Grand Prix ingaan, waarbij de planken onder de vloer van de F1-bolides worden aangepakt en er dus een formule wordt opgesteld aan de hand van welke de mate van porpoising wordt berekend, hoeven volgens de FIA niet per se dé oplossing te zijn voor de lange termijn.
Nieuwe regels in 2023
Op de langere termijn wil de FIA namelijk uitgebreidere regelwijzigingen doorvoeren. Kijkend naar volgend jaar wil de FIA snel knopen doorhakken, zodat de teams nog ruim de tijd hebben om eventuele regelwijzigingen door te voeren aan het concept van hun 2023-bolides. De FIA heeft naar verluidt zelfs al een lijstje met alle mogelijke veranderingen die ze door willen voeren, die na discussie met de teams over zijn gebleven, opgesteld. Eén mogelijkheid is om de vloerranden van de F1-bolides met 25 millimeter te verhogen. Er zouden daarnaast wijzigingen kunnen worden doorgevoerd aan het onderdeel waar de vloer over gaat in de diffuser, maar ook kunnen er nóg strengere tests worden ingevoerd waarmee de flexibiliteit van de vloer wordt gemeten. Tot slot wordt er ook gekeken naar accuratere sensoren die het porpoising moeten gaan meten. De definitieve wijzigingen zal de FIA snel voorleggen aan haar hoogste orgaan, de World Motor Sport Council, die deze naar verwachting heel snel goed zal keuren. Op die manier hebben de teams zo snel mogelijk duidelijkheid en kunnen ze dus hun ontwerpen voor 2023 aan gaan passen.
Meest gelezen